ECLI:NL:GHARN:2003:AL4162
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- T.J. Matthijssen
- Rechtspraak.nl
Onterecht opgelegde naheffingsaanslag parkeerbelasting door de gemeente Enschede
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 27 augustus 2003 uitspraak gedaan over een naheffingsaanslag parkeerbelasting die was opgelegd aan belanghebbende, [X], die zijn auto had geparkeerd op een plek waar parkeerbelasting verschuldigd was. De auto was voorzien van een Duitse invalidenparkeerkaart, maar belanghebbende stelde dat hij geen parkeerbelasting verschuldigd was omdat hij deze kaart bezat voor zijn zwaar gehandicapte zoon. Tijdens de controle op 16 juni 2001 was er echter geen betaalbewijs zichtbaar in de auto.
De Ambtenaar van de gemeente Enschede verdedigde het standpunt dat de invalidenparkeerkaart alleen recht geeft op parkeren op een invalidenparkeerplaats en niet op vrijstelling van de parkeerbelasting. Het Gerechtshof oordeelde dat de gemeente Enschede bevoegd was om deze parkeeregeling in te stellen en dat de door belanghebbende aangevoerde argumenten geen steun vonden in de lokale verordening of andere wettelijke bepalingen. De Ambtenaar had voldoende aangetoond dat de parkeerbelastingplicht duidelijk was aangegeven door middel van bebording en parkeerautomaten.
Het Hof concludeerde dat het beroep van belanghebbende ongegrond was en dat er geen termen aanwezig waren voor een kostenveroordeling. De beslissing werd openbaar uitgesproken en de partijen werden op de hoogte gesteld van de uitspraak. Belanghebbende had de mogelijkheid om binnen vier weken een verzoek in te dienen voor een schriftelijke uitspraak, maar tegen de mondelinge uitspraak was geen beroep in cassatie mogelijk.