ECLI:NL:GHARN:2003:AN7575
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.B.H. Röben
- Rechtspraak.nl
Recht op extra aftrek vervoerskosten voor artsenbezoek door belanghebbende met invaliditeit
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 1 oktober 2003, staat de vraag centraal of de belanghebbende recht heeft op extra aftrek van vervoerskosten naast de door de Inspecteur geaccepteerde kosten voor artsenbezoek. De belanghebbende, geboren op 15 september 1940 en gehuwd, heeft te maken met ernstige beperkingen als gevolg van een hernia. In het jaar van belang ontving hij een WAO-uitkering en had zijn echtgenote een inkomen uit dienstbetrekking. De belanghebbende is sinds 1999 eigenaar van een Volvo 940 GL en stelt dat zijn autokosten hoger zijn dan de door de Inspecteur vastgestelde kosten.
De Inspecteur heeft de autokosten van de belanghebbende berekend op ƒ 9.784, terwijl de belanghebbende zelf een bedrag van ƒ 12.184 heeft berekend, inclusief een hogere afschrijving. De belanghebbende claimt dat hij recht heeft op een extra aftrek van ƒ 1.912, maar de Inspecteur betwist dit. Het Hof oordeelt dat de belanghebbende niet voldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat zijn autokosten hoger zijn dan het door de Inspecteur vastgestelde bedrag.
Het Gerechtshof verklaart het beroep van de belanghebbende gegrond, vernietigt de uitspraak waarvan beroep en vermindert de aanslag tot een belastbaar inkomen van € 36.947. Tevens wordt de Inspecteur veroordeeld in de proceskosten van de belanghebbende en wordt het door de belanghebbende gestorte griffierecht vergoed. De mondelinge uitspraak kan niet in cassatie worden aangevochten, maar de belanghebbende kan verzoeken om een schriftelijke uitspraak ter vervanging van de mondelinge uitspraak. De beslissing is openbaar uitgesproken en afschriften zijn op 14 oktober 2003 verzonden.