ECLI:NL:GHARN:2004:AR2927
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.C.M. de Kroon
- Rechtspraak.nl
Onjuiste aangifte overdrachtsbelasting door notariskantoor leidt tot verzuimboete
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 31 augustus 2004, staat de onjuiste aangifte van overdrachtsbelasting door een notariskantoor centraal. De belanghebbende, [X B.V.], had een aangifte gedaan voor een bedrag van € 39.000, terwijl de werkelijke waarde van de belaste verkrijging € 750.000 bedroeg, wat resulteerde in een verschuldigde belasting van € 45.000. De Inspecteur van de Belastingdienst legde een naheffingsaanslag op van € 6.000, verhoogd met een verzuimboete van 10%, oftewel € 600. De belanghebbende betwistte de verzuimboete en stelde dat er geen sprake was van 'afwezigheid van alle schuld' zoals vereist onder artikel 67c van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR).
Het Hof oordeelde dat de verplichting tot het doen van aangifte en de verplichting tot betaling van de belastingschuld twee afzonderlijke verplichtingen zijn. De belanghebbende had slechts een deel van de verschuldigde belasting aangegeven, wat betekende dat er wel degelijk een schuld was. Het Hof concludeerde dat de verzuimboete terecht was opgelegd, aangezien er geen feiten of omstandigheden waren die de afwezigheid van alle schuld konden rechtvaardigen. De beslissing van het Hof was dat het beroep ongegrond werd verklaard, en er werden geen kostenveroordelingen opgelegd.
De uitspraak benadrukt het belang van correcte aangifte en de gevolgen van het niet voldoen aan deze verplichting, zelfs als het uiteindelijke bedrag wel correct is afgedragen. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde datum als de beslissing.