ECLI:NL:GHARN:2005:AU0446
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- A. van Ginkel
- M. Mens
- W. Wammes
- Rechtspraak.nl
Scheiding en deling na echtscheiding; pensioenrechten en huwelijkse voorwaarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem werd behandeld, ging het om een hoger beroep van de vrouw tegen een vonnis van de rechtbank te 's-Hertogenbosch. De vrouw had in eerste aanleg verzocht om verrekening van het ouderdomspensioen van de man, na hun echtscheiding op 23 september 1991. De rechtbank had geoordeeld dat de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (WVP) niet van toepassing was, omdat het huwelijk vóór de inwerkingtreding van deze wet was ontbonden. De vrouw voerde aan dat de huwelijkse voorwaarden, die een koude uitsluiting van pensioenrechten inhielden, in dit geval niet redelijk en billijk toegepast konden worden. Het hof oordeelde echter dat de omstandigheden die de vrouw aanvoerde, niet voldoende waren om de huwelijkse voorwaarden terzijde te stellen. Het hof concludeerde dat de vrouw niet had aangetoond dat er een gerechtvaardigd vertrouwen bestond dat de pensioenrechten zouden worden verrekend, en dat de omstandigheden van het huwelijk en de financiële afwikkeling reeds in eerdere vonnissen waren verdisconteerd. De grieven van de vrouw faalden, en het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij de vrouw werd veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep.