ECLI:NL:GHARN:2005:AV3034
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Dik
- Vegter
- Lauwaars
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling en de eisen van spoedige behandeling
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 28 februari 2005 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank te 's-Hertogenbosch van 29 juni 2004, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met twee jaar had verlengd. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd, maar tegelijkertijd de terbeschikkingstelling met dezelfde termijn van twee jaar verlengd. Het hof overweegt dat de verlengingsrechter slechts in uitzonderlijke gevallen een oordeel kan geven over de wijze van tenuitvoerlegging van de maatregel. Hoewel de terbeschikkingstelling een eindige duur heeft, is er in deze zaak geen aanleiding voor jaarlijkse toetsing. De veiligheid van de samenleving staat voorop, en de trage behandeling van het beroep heeft niet geleid tot een schending van de rechten van de terbeschikkinggestelde. Het hof concludeert dat de argumenten voor een kortere verlenging niet zwaarwegend genoeg zijn en dat de verlenging met twee jaar gerechtvaardigd is. De uitspraak benadrukt de noodzaak van een spoedige behandeling van vorderingen tot verlenging van terbeschikkingstelling, zoals vereist door zowel het nationale recht als het Europees verdrag tot bescherming van de rechten van de mens.