ECLI:NL:GHARN:2005:AV3042

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
25 juli 2005
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
TBS 112/05
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • Dik
  • Vegter
  • Verheugt
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep terbeschikkingstelling en tenuitvoerlegging van de maatregel

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 25 juli 2005 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank te Zutphen van 25 februari 2005, die de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde met twee jaar had verlengd. Het hof heeft vastgesteld dat het beroep uitsluitend gericht was tegen de tenuitvoerlegging van de TBS-maatregel en niet tegen de verlengingsbeslissing zelf. Hierdoor ontbrak het belang om de verlengingsbeslissing van de rechtbank te beoordelen. Het hof verklaarde de terbeschikkinggestelde niet-ontvankelijk in het hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank. Dit betekent dat de terbeschikkinggestelde geen recht had om in beroep te gaan tegen de verlenging van de terbeschikkingstelling, omdat de wetgever het hof geen beslissingsbevoegdheid heeft gegeven over de wijze van tenuitvoerlegging van de maatregel. De toetsing van de tenuitvoerlegging ligt bij andere instanties, zoals de beklagcommissie en de Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming. Het hof heeft in zijn overwegingen benadrukt dat het beroep zich niet richtte tegen de verlengingsbeslissing, waardoor het hof niet verder kon ingaan op het verweer van de raadsman dat de wettelijke aantekeningen ontbraken. De uitspraak werd gedaan door de voorzitter en twee raadsheren, met de griffier aanwezig, en werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

GERECHTSHOF ARNHEM
TBS 2005\112
Beslissing d.d. 25 juli 2005
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[terbeschikkinggestelde]
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
verblijvende in [verblijfplaats]
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank te Zutphen van 25 februari 2005, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar.
Overwegingen:
[-] Bij de behandeling van het beroep is naar voren gekomen dat het beroep zich niet richt tegen de verlenging van de terbeschikkingstelling. Het beroep richt zich louter tegen de wijze waarop thans en in de toekomst inhoud wordt gegeven aan de tenuitvoerlegging van de maatregel.
In het kader van de verlengingsprocedure is door de wetgever aan het hof geen beslissingbevoegdheid gegeven over de wijze van tenuitvoerlegging van de maatregel. Andere instanties, zoals de beklagcommissie en de Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming, zijn door de wetgever belast met de toetsing van de wijze waarop aan de tenuitvoerlegging van de maatregel inhoud wordt gegeven.
Nu het beroep zich niet richt tegen de verlengingsbeslissing van de rechtbank ontbreekt het belang om tot beoordeling van die beslissing over te gaan. Het hof zal daarom beslissen als na te melden. Gelet hierop komt het hof niet toe aan bespreking van het verweer van de raadsman dat de wettelijke aantekeningen ontbreken.
Beslissing:
Het hof:
Verklaart de terbeschikkinggestelde niet-ontvankelijk in het tegen de beslissing van de rechtbank te Zutphen van 25 februari 2005 ingestelde hoger beroep.
Aldus gedaan door
mr Dik als voorzitter,
mrs Vegter en Verheugt als raadsheren,
en drs Boon en drs Harmsen als raden,
in tegenwoordigheid van mr Van Ek als griffier,
en in het openbaar uitgesproken op 25 juli 2005.
Mr Verheugt en de raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.