ECLI:NL:GHARN:2006:AW3517
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- P.C. Vegter
- J.W.P. Verheugt
- H.G.W. Stikkelbroeck
- Rechtspraak.nl
Heropening van het onderzoek naar vervroegde invrijheidstelling in strafzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 19 april 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep met betrekking tot de vordering van de advocaat-generaal te Den Haag. De vordering strekt tot het achterwege blijven van de vervroegde invrijheidstelling van de veroordeelde, die een gevangenisstraf van zes jaren onvoorwaardelijk heeft opgelegd gekregen. De advocaat-generaal heeft aangevoerd dat de veroordeelde zich na de aanvang van de tenuitvoerlegging van zijn straf zeer ernstig heeft misdragen, zoals bedoeld in artikel 15a, eerste lid aanhef en sub c van het Wetboek van Strafrecht. Tijdens de openbare terechtzitting op 5 april 2006 heeft het hof de veroordeelde en zijn raadsman, mr. R. van den Boogert, gehoord, evenals de advocaat-generaal, die heeft geconcludeerd dat de behandeling van de vordering aan te houden. Het hof is van oordeel dat het wenselijk is om meer informatie te verkrijgen over het verloop van de thans lopende strafzaak tegen de veroordeelde. Daarom heeft het hof besloten het onderzoek te heropenen en de behandeling van de zaak aan te houden tot een nader te bepalen zitting in september/oktober 2006. De advocaat-generaal wordt verzocht de zaak op dat moment weer aan te brengen. Het hof heeft gelet op de artikelen 15a, 15b en 15c van het Wetboek van Strafrecht en heeft de beslissing genomen om de oproeping van de veroordeelde te bevelen tegen het tijdstip van de nog nader te bepalen terechtzitting, met tijdige kennisgeving aan de raadsman.