ECLI:NL:GHARN:2006:AY7990
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M. van der Herberg
- A. Lensing
- J. Cremers
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling na contra-expertise en psychotherapie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 11 september 2006 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene. De beslissing van de rechtbank te Zwolle van 10 mei 2006, die de terbeschikkingstelling met twee jaar had verlengd, werd vernietigd door het hof. Het hof baseerde zijn oordeel op nieuwe stukken en de noodzaak om de veiligheid van anderen te waarborgen. De betrokkene, die lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis met narcistische, antisociale en ontwijkende kenmerken, ondergaat momenteel een langdurige psycho-analytische psychotherapie. De contra-expertise uit 2004 heeft aangetoond dat er nog onvoldoende bekend is over de innerlijke toestand van de betrokkene, vooral met betrekking tot seksualiteit en agressie. Het hof oordeelde dat, ondanks de lopende therapie, de betrokkene als onverminderd delictgevaarlijk moet worden beschouwd. De externe forensische psychotherapeut heeft aangegeven dat er minimaal anderhalf tot twee jaar nodig is om de mogelijkheden van gedragsverandering te analyseren. Het hof heeft daarom besloten de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, met de voorwaarde dat na de therapie een zorgvuldige evaluatie van het recidiverisico en de mogelijkheden tot resocialisatie zal plaatsvinden, waarbij een opname in het Pieter Baan Centrum wordt overwogen. De uitspraak werd gedaan door de kamer van het hof, bestaande uit de voorzitter en twee raadsheren, en in aanwezigheid van de griffier.