ECLI:NL:GHARN:2006:AY9966
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M. Wijland-Kalkman
- A. Frankena
- J. van Osch
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad bij de verkoop van een ontvreemde auto en de beoordeling van goede trouw
In deze zaak gaat het om de vraag of de appellant, een professionele autohandelaar, te goeder trouw was bij de aankoop en verkoop van een tweedehands Mercedes, die later bleek ontvreemd te zijn. De feiten zijn als volgt: op 21 januari 2003 heeft Autobedrijf Van Dijk Amersfoort B.V. een Mercedes voor een proefrit meegegeven aan een man en een vrouw. De man had geen rijbewijs bij zich, maar er werd een fotokopie van het door de vrouw getoonde rijbewijs gemaakt. De auto werd niet teruggebracht en het rijbewijs bleek vals te zijn. Van Dijk had een verzekering bij NOWM voor schade door diefstal of verduistering van de auto. NOWM heeft een schadevergoeding aan Van Dijk uitgekeerd en vorderde vervolgens het bedrag van de appellant, die de auto had gekocht van onbekende verkopers zonder de identiteit van deze verkopers te verifiëren.
Het hof oordeelt dat de appellant niet als te goeder trouw kan worden aangemerkt, omdat hij onvoldoende onderzoek heeft gedaan naar de bevoegdheid van de verkopers. Het hof benadrukt dat het niet alleen vereist is dat de verkrijger de onbevoegdheid van zijn voorganger niet kende, maar ook dat hij niet behoorde te weten dat er een onbevoegdheid was. De appellant had moeten nagaan of de gegevens op de autopapieren overeenkwamen met de identiteit van de verkopers. Het hof concludeert dat de appellant onrechtmatig heeft gehandeld door de auto te kopen en door te verkopen, en dat hij aansprakelijk is voor de schade die Van Dijk heeft geleden.
De rechtbank had de vordering van NOWM volledig toegewezen, maar het hof heeft het vonnis gedeeltelijk vernietigd. De appellant wordt veroordeeld tot betaling van € 11.617,63 aan NOWM, met wettelijke rente vanaf 2 april 2003. De kosten van beide instanties worden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.