ECLI:NL:GHARN:2007:BA0013
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- J. Lamens
- M. Ettema
- A. Spek
- Rechtspraak.nl
BPM-heffing voor personenauto aangeschaft voor gehandicapte zoon
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 23 januari 2007 uitspraak gedaan in hoger beroep over een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting (MRB) die was opgelegd aan belanghebbende, X, door de Inspecteur van de Belastingdienst. De naheffingsaanslag betrof een bedrag van € 798 voor de periode van 26 maart 2004 tot en met 10 november 2004, en was gekoppeld aan een boetebeschikking van hetzelfde bedrag. Belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aanslag en de boete, maar de Inspecteur handhaafde de naheffingsaanslag en vernietigde de boetebeschikking. De Rechtbank Arnhem verklaarde het beroep van belanghebbende gegrond en vernietigde de uitspraak van de Inspecteur. Hierop ging de Inspecteur in hoger beroep bij het Gerechtshof.
Tijdens de mondelinge behandeling op 31 oktober 2006 werd de vraag aan de orde gesteld of de auto van belanghebbende, die was aangeschaft voor het vervoer van zijn gehandicapte zoon, als personenauto kon worden aangemerkt. Het Hof oordeelde dat, in tegenstelling tot de Rechtbank, de inrichting van het motorrijtuig voor personenvervoer nog steeds relevant is voor de toepassing van de MRB. Het Hof concludeerde dat de auto, ondanks dat deze ook voor andere doeleinden was ingericht, als een personenauto moest worden aangemerkt.
Het Hof verwierp het beroep van belanghebbende op het gelijkheidsbeginsel, omdat hij niet had aangetoond dat andere motorrijtuigen door de Inspecteur niet als personenauto's waren aangemerkt. Uiteindelijk vernietigde het Hof de uitspraak van de Rechtbank en handhaafde de naheffingsaanslag. Beide partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden.