ECLI:NL:GHARN:2008:BC8423

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
2 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
21-004004-07
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak in hoger beroep wegens onduidelijkheid in bewijsvoering bij diefstal van drank uit marineschip

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 2 april 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de militaire politierechter in de rechtbank Arnhem. De verdachte, een matroos der 1e klasse, was beschuldigd van diefstal van drank uit het marineschip Hr.Ms. Rotterdam op 26 juni 2006. De officier van justitie had hoger beroep ingesteld tegen het vonnis van 27 september 2007, waarin de verdachte was veroordeeld. Tijdens de zitting op 19 maart 2008 heeft het hof de vordering van de advocaat-generaal gehoord, die vroeg om vernietiging van het vonnis en vrijspraak van de verdachte.

De verdachte heeft verklaard dat hij na zijn wacht een biertje wilde drinken en een doos met blikjes bier uit de koelkast heeft gepakt. Hij stelde dat hij dit op de taplijst had vermeld, maar dat hij per ongeluk de streepjes in de verkeerde kolom had geplaatst. Het hof heeft vastgesteld dat er verschillen waren in de verklaringen van getuigen en dat de verdachte niet overtuigend kon worden beschuldigd van diefstal. De advocaat-generaal had geen sluitend bewijs geleverd dat de verdachte met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening had gehandeld.

Het hof heeft geoordeeld dat de verklaring van de verdachte aannemelijk was en dat het geconstateerde kasverschil kon worden verklaard door het niet vermelden van gebruikte drank door anderen. Gezien de onduidelijkheid in de bewijsvoering heeft het hof besloten het vonnis waarvan beroep te vernietigen en de verdachte vrij te spreken van de tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

Parketnummer: 21-004004-07
Uitspraak d.d.: 2 april 2008
TEGENSPRAAK
GERECHTSHOF TE ARNHEM
militaire kamer
ARREST
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de militaire politierechter in de rechtbank Arnhem van 27 september 2007 in de strafzaak tegen
VERDACHTE,
geboren te geboorteplaats op geboortedatum,
wonende te adres,
matroos der 1e klasse.
Het hoger beroep
De officier van justitie heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van het hof van 19 maart 2008 en, overeenkomstig het bepaalde bij artikel 422 van het Wetboek van Strafvordering, het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal. Deze vordering is na voorlezing aan het hof overgelegd. De advocaat-generaal heeft gevorderd het vonnis waarvan beroep te vernietigen en opnieuw rechtdoende verdachte vrij te spreken.
Het hof heeft voorts kennis genomen van hetgeen door verdachte naar voren is gebracht.
Het vonnis waarvan beroep
Het hof zal het vonnis waarvan beroep om proceseconomische redenen vernietigen en daarom opnieuw rechtdoen.
De tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
hij op of omstreeks 26 juni 2006 aan boord van het marineschip Hr.Ms.
Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen 2 dozen à
24 blikjes Heineken bier en/of 2 dozen à 12 flesjes Bacardi Breezer, althans 1
doos à 24 blikjes Heineken bier, in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan het Ministerie van Defensie, in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s).
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Verdachte heeft erkend dat hij na zijn wacht een biertje heeft willen drinken. Hij heeft daartoe een sleutel gepakt, die volgens hem voor dit soort gelegenheden achter een geluidsinstallatie lag, en heeft een doos met blikjes bier uit de koelkast gepakt. Verdachte stelt dat hij dit vervolgens heeft vermeld op de daartoe bestemde taplijst. Hij heeft echter de streepjes per abuis in een verkeerde kolom (Breezer, Smirnoff, Corona, Baco, Passoa) geplaatst, waarschijnlijk omdat de volgorde van de kolommen kort daarvoor was gewijzigd. Het geconstateerde verschil bij de telling van de drankvoorraad (kasverschil) kan volgens verdachte worden verklaard doordat anderen de gebruikte drank niet op de taplijst hebben vermeld. Die verklaring kan aannemelijk worden geacht.
Het hof heeft uit het onderzoek ter terechtzitting, mede gelet op de verschillen in de verklaringen van de getuigen op essentiële onderdelen, niet door de inhoud van wettige bewijsmiddelen de overtuiging bekomen dat verdachte tezamen met een ander of alleen met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening een doos met blikjes bier of enige in de tenlastelegging vermelde hoeveelheid drank heeft weggenomen, zodat verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
BESLISSING
Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Aldus gewezen door
mr R. van den Heuvel, voorzitter,
mr M.H.M. Boekhorst Carrillo, lid, en brigade-generaal (tit) mr. J.S. van Duurling, militair lid,
in tegenwoordigheid van J.R.M. Roetgerink, griffier,
en op 2 april 2008 ter openbare terechtzitting uitgesproken.