ECLI:NL:GHARN:2008:BG0151
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- R. den Ouden
- M. van de Merwe
- W.J.N.M. Snoijink
- J. Nieuwenhuizen
- Rechtspraak.nl
Verlies in deelneming niet aftrekbaar voor vennootschapsbelasting na verwijzing door Hoge Raad
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 8 oktober 2008, betreft het een geschil over de aftrekbaarheid van verlies in deelneming voor de vennootschapsbelasting van het jaar 1998. De belanghebbende, X B.V., had bezwaar gemaakt tegen de aanslag vennootschapsbelasting en de verliesvaststellingsbeschikking, die door de Inspecteur van de Belastingdienst waren opgelegd. Deze zaak volgde op een verwijzingsprocedure van de Hoge Raad, die op 7 december 2007 uitspraak deed in een eerdere zaak (nr. 43284). Tijdens de zitting op 24 september 2008 werd het voorlopige oordeel van het Hof kenbaar gemaakt, waarin werd gesteld dat er in het onderhavige jaar geen verlies kon worden genomen door de belanghebbende ter zake van haar deelneming in B.
De rechters, onder leiding van voorzitter mr. R. den Ouden, en de andere leden mr. M. van de Merwe en mr. J. Nieuwenhuizen, hebben de argumenten van beide partijen gehoord. De gemachtigde van de belanghebbende en de Inspecteur waren aanwezig. Het Hof concludeerde dat het beroep ongegrond was, en dat er geen termen aanwezig waren voor een kostenveroordeling op basis van artikel 8:75 van de Algemene wet bestuursrecht. De beslissing werd op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken, met mr. W.J.N.M. Snoijink als griffier.
De belanghebbende heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum van het proces-verbaal beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. Het Hof heeft de belanghebbende geïnformeerd over de vereisten voor het indienen van een cassatieberoep, waaronder het indienen van een afschrift van het proces-verbaal en het betalen van griffierecht. De uitspraak van het Hof is definitief en de belanghebbende kan geen verlies in deelneming meer aftrekken voor het belastingjaar 1998.