ECLI:NL:GHARN:2009:BI2126

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
23 april 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-001346-08
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot diefstal van aluminium kozijnen met een geldboete als straf

Op 23 april 2009 heeft het Gerechtshof Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De zaak betreft een verdachte die op 28 februari 2008 in de gemeente [gemeente] heeft geprobeerd aluminium kozijnen te stelen uit een container. De verdachte heeft zich toegang verschaft tot de container en heeft met een schroevendraaier de kozijnen gedemonteerd. De goederen hadden een beperkte waarde van tussen de € 12,- en € 16,-. De verdachte is eerder veroordeeld voor misdrijven, wat meegewogen is in de strafmaat.

Het hof heeft het primair ten laste gelegde niet bewezen geacht en de verdachte daarvan vrijgesproken. Het subsidiair ten laste gelegde, poging tot diefstal, is echter wel bewezen verklaard. De advocaat-generaal had een geldboete van € 180,- geëist, subsidiair drie dagen vervangende hechtenis. Het hof heeft deze eis gehonoreerd en de verdachte veroordeeld tot een geldboete van € 180,-, met de bepaling dat vervangende hechtenis zal worden toegepast indien de boete niet wordt betaald.

De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de raadsman van de verdachte, mr. O. Bolluyt, die de verdachte ter terechtzitting heeft verdedigd. Het hof heeft de zaak grondig onderzocht en de omstandigheden van het delict en de persoon van de verdachte in overweging genomen bij het bepalen van de straf. De relevante wetsartikelen die zijn toegepast zijn onder andere artikelen 23 (oud), 24 (oud), 24c (oud), 45 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.

Uitspraak

Arrest van 23 april 2009 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 6 mei 2008 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1961] te [geboorteplaats],
thans zonder bekende woon- of verblijfplaats hier te lande,
niet ter terechtzitting verschenen. Wel verschenen is de raadsman van verdachte
mr. O. Bolluyt, advocaat te Almere.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
De raadsman van verdachte heeft verklaard uitdrukkelijk gemachtigd te zijn
verdachte ter terechtzitting te verdedigen.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van het subsidiair tenlastegelegde zal veroordelen tot een geldboete van € 180,- subsidiair 3 dagen vervangende hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan verdachte is tenlastegelegd dat
hij op of omstreeks 28 februari 2008 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een container heeft weggenomen aluminium (kozijnen), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, waarbij verdachte zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak, verbreking en/of inklimming, hebbende verdachte een of meer aluminium kozijnen (met een schroevendraaier) gedemonteerd;
althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 28 februari 2008 in de gemeente [gemeente] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een container weg te nemen aluminium (kozijnen), geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde 1] en/of [benadeelde 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zich daarbij de toegang tot dat aluminium en/of die aluminium kozijnen te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, hebbende verdachte een of meer aluminium kozijnen (met een schroevendraaier) gedemonteerd en/of aluminium geselecteerd en/of gesorteerd en/of apart gelegd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Vrijspraak
Het hof acht niet bewezen hetgeen primair aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat hij op 28 februari 2008 in de gemeente [gemeente] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit een container weg te nemen aluminium kozijnen, toebehorende aan [benadeelde 2], terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld subsidiair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
subsidiair: poging tot diefstal.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft in hoger beroep de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan en de persoon van verdachte. Het hof heeft daarbij het volgende in beschouwing genomen.
Verdachte heeft zich op 28 februari 2008 schuldig gemaakt aan poging tot diefstal van aluminium kozijnen. Deze goederen bleken nog slechts een beperkte waarde te hebben (tussen € 12,- en € 16,-).
Verdachte is, blijkens een Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 16 december 2008, eerder ter zake van misdrijven veroordeeld.
Gelet op het vorenstaande acht het hof, rekening houdende met hetgeen gebruikelijk is als straf op te leggen in dit soort zaken, de door de advocaat-generaal gevorderde geldboete een passende bestraffing. Het hof zal die boete dan ook aan verdachte opleggen. Het hof heeft bij de vaststelling van voormelde geldboete rekening gehouden met de draagkracht van de verdachte, voor zover ter terechtzitting gebleken.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 23 (oud), 24(oud), 24c (oud), 45 en 310 van het Wetboek van Strafrecht.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte primair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart het verdachte subsidiair ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld subsidiair meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot een geldboete van honderdtachtig euro;
beveelt dat vervangende hechtenis voor de duur van drie dagen zal worden toegepast, indien noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. J. Hielkema, voorzitter, mr. P. Koolschijn en
mr. L.T. Wemes, in tegenwoordigheid van G.G. Eisma als griffier.