ECLI:NL:GHARN:2009:BI2406

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
28 april 2009
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-000952-08
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • M. Beswerda
  • A. Lahuis
  • J. Kalsbeek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen veroordeling voor mishandeling, vernieling en belediging van opsporingsambtenaren

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 28 april 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een veroordeling van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1963 en eigenaar van een scheepswerf, was eerder veroordeeld voor mishandeling, vernieling van goederen en eenvoudige belediging van twee opsporingsambtenaren. De politierechter had hem een werkstraf van 50 uren opgelegd, subsidiair 25 dagen hechtenis. De verdachte kwam tijdig in hoger beroep.

Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de advocaat-generaal een zwaardere straf gevorderd, namelijk een werkstraf van 60 uren, subsidiair 30 dagen hechtenis. Het hof heeft het vonnis van de politierechter vernietigd en opnieuw recht gedaan. Het hof achtte de ten laste gelegde feiten bewezen, waaronder de mishandeling van een barkeeper, de vernieling van een KPN draadloze telefoon en een guirlande, en de belediging van de politieambtenaren.

Het hof heeft de verdachte strafbaar geacht en geen strafuitsluitingsgronden aanwezig geacht. Bij de strafmotivering heeft het hof rekening gehouden met de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de persoonlijke situatie van de verdachte. Ondanks de ernst van de feiten, oordeelde het hof dat de eerder opgelegde werkstraf van 50 uren passend was, gezien het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld, behalve voor een verkeersovertreding. Het hof heeft de verdachte uiteindelijk veroordeeld tot een werkstraf van 50 uren, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de werkstraf niet naar behoren wordt verricht.

Uitspraak

Parketnummer: 24-000952-08
Parketnummer eerste aanleg: 07-461662-07
Arrest van 28 april 2009 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 25 maart 2008 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1963] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis wegens misdrijven veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte ter zake van het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde zal veroordelen tot een werkstraf voor de duur van 60 uren, subsidiair 30 dagen hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd, dat:
1.
hij op of omstreeks 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [slachtoffer]), tegen/op het hoofd en/of in de nek heeft geslagen en/of gestompt, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
2.
hij op of omstreeks 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een (KPN draadloze) telefoon en/of een guillande (kerstversiering), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt;
3.
hij op of omstreeks 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk beledigend (een) ambtena(a)r(en), te weten [verbalisant 1] hoofdagent bij de Politie regio IJsselland, District Midden en/of [verbalisant 2] agent bij de Politie regio IJsselland, District Midden, gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn/haar/hun bediening, in diens/dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "vuile kankerpolitie" en/of "vuile kale blanke kankerneger", althans woorden van gelijke beledigende aard en/of strekking.
Het hof leest het woord "guillande" in het onder 2 ten laste gelegde verbeterd in "guirlande", zijnde hier sprake van een kennelijke misslag, door verbeterde lezing waarvan verdachte niet in zijn belangen wordt geschaad.
Bewezenverklaring
Het hof acht het onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde bewezen, met dien verstande, dat:
1.
hij op 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk mishandelend een persoon te weten [slachtoffer] in de nek heeft geslagen, waardoor deze pijn heeft ondervonden;
2.
hij op 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een KPN draadloze telefoon en een guirlande (kerstversiering), toebehorende aan een ander dan aan verdachte, heeft vernield;
3.
hij op 19 december 2007 in de gemeente [gemeentegemeente] opzettelijk beledigend ambtenaren, te weten [verbalisant 1] hoofdagent bij de Politie regio IJsselland, District Midden en [verbalisant 2] agent bij de Politie regio IJsselland, District Midden, gedurende en ter zake van de rechtmatige uitoefening van hun bediening, in dier tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden "vuile kankerpolitie" en "vuile kale blanke kankerneger".
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op de misdrijven:
onder 1:
mishandeling;
onder 2:
opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen, meermalen gepleegd;
onder 3:
eenvoudige belediging, terwijl de belediging wordt aangedaan aan een ambtenaar gedurende en ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de in hoger beroep op te leggen straf bepaald op grond van de aard en de ernst van de bewezen verklaarde feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan en de persoon van verdachte. Het hof heeft daarbij in het bijzonder gelet op het volgende.
Na een etentje besloot verdachte met twee collega's nog een "afzakkertje" te nemen in een café. In de vroege ochtenduren van 19 december 2009 arriveerden zij in een studentencafé. Aldaar hebben zij bij de barkeeper drie consumpties besteld. De barkeeper wilde hen die consumpties niet verstrekken, omdat zij geen studentenpas konden tonen. Hierop is verdachte boos geworden. De barkeeper heeft hen meermalen gesommeerd het café te verlaten, waaraan verdachte niet, maar zijn twee collega's wel hebben voldaan. Verdachte begon tegen die barkeeper te schelden, waarop deze een telefoon pakte om de politie te bellen. Gedurende de tijd dat de barkeeper aan het telefoneren was, heeft verdachte meermalen de telefoon uit diens hand geslagen. De telefoon is daarbij meermalen op de grond gevallen. Als gevolg daarvan is die telefoon vernield. Toen de barkeeper die telefoon de laatste keer van de grond opraapte, heeft verdachte hem een klap in de nek gegeven. Hierop heeft de barkeeper verdachte met hulp van anderen het café uitgewerkt. Verdachte heeft zich daarbij heftig verzet, door zich aan deuren vast te houden. Daarbij is door verdachte een guirlande (kerstversiering) vernield. Toen twee politieambtenaren arriveerden om verdachte aan te houden, heeft verdachte die ambtenaren in hun tegenwoordigheid de woorden toegevoegd: "Vuile kankerpolitie" en "vuile kale blanke kankerneger".
Door het handelen van verdachte heeft hij niet alleen de lichamelijk integriteit van de barkeeper geschonden, maar heeft hij ook goederen van een ander vernield en twee opsporingsambtenaren beledigd.
Gelet op de landelijk gehanteerde oriëntatiepunten "Art. 300 Sr eenvoudige mishandeling" rechtvaardigt het onder 1 bewezen verklaarde feit alleen al de oplegging van een korte onvoorwaardelijke gevangenisstraf.
Hier staat echter het volgende tegenover.
Verdachte, die niet in verzekering is gesteld, is enige uren voor onderzoek op het politiebureau opgehouden.
Verdachte is eigenaar van een scheepswerf, heeft twaalf personen in dienst, is gehuwd en heeft de zorg voor twee kinderen.
Uit het verdachte betreffende Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 16 februari 2009 blijkt, dat verdachte - op een verkeersovertreding na - niet eerder is veroordeeld. Gelet op verdachtes strafblad lijkt het optreden van verdachte dan ook een incident te zijn geweest.
Op grond van al het vorenstaande, in samenhang beschouwd, acht het hof de oplegging van de door de politierechter opgelegde werkstraf voor de duur van 50 uren, subsidiair 25 dagen hechtenis, in dit geval passend en geboden. Door de advocaat-generaal is gevorderd een werkstraf voor de duur van 60 uren op te leggen. Het hof is van oordeel dat er gelet op voornoemde omstandigheden thans geen reden is om een iets hogere straf dan de in eerste aanleg opgelegde straf op te leggen.
Evenals de politierechter en de advocaat-generaal acht het hof de feiten te ernstig om deze af te doen met oplegging van een voorwaardelijke straf of een onvoorwaardelijke geldboete, zoals door verdachte is verzocht.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 22c (oud), 22d, 57 (oud), 266, 267, 300 en 350 van het Wetboek van Strafrecht.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte onder 1, 2 en 3 ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld onder 1, 2 en 3 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot taakstraf, bestaande uit een werkstraf, voor de duur van vijftig uren, met bevel voor het geval dat de veroordeelde de werkstraf niet naar behoren verricht, dat vervangende hechtenis voor de duur van vijfentwintig dagen zal worden toegepast.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. Beswerda, voorzitter, mr. Lahuis en mr. Kalsbeek, in tegenwoordigheid van Boersma als griffier, zijnde mr. Kalsbeek voornoemd buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.