ECLI:NL:GHARN:2009:BI9027
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep kort geding
- J. Janse
- A. Zandbergen
- M. Wind
- Rechtspraak.nl
Schorsing executie wegens kennelijke misslag in hoger beroep
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 16 juni 2009, gaat het om een hoger beroep in een kort geding dat is ingesteld door IJsmachines B.V. tegen Visafslag Lauwersoog B.V. De zaak is ontstaan uit een eerdere uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad, waar de Visafslag in een bodemprocedure was veroordeeld tot betaling aan IJsmachines van een bedrag van € 96.220,50, vermeerderd met rente en kosten. De Visafslag heeft tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld, waarna IJsmachines executiemaatregelen heeft genomen, waaronder het leggen van beslag op de bankrekening van de Visafslag.
De voorzieningenrechter in eerste aanleg heeft het beslag opgeheven op voorwaarde dat de Visafslag een bankgarantie stelt ten gunste van IJsmachines. Het hof oordeelt dat de voorzieningenrechter een kennelijke misslag heeft gemaakt in zijn beoordeling van de schadeberekening door de Visafslag. Het hof stelt vast dat de rechtbank de argumenten van de Visafslag niet voldoende heeft gewogen en dat er sprake is van een juridische misslag. Hierdoor komt het hof tot de conclusie dat de gevraagde voorzieningen in beginsel toewijsbaar zijn, en bevestigt het de beslissing van de voorzieningenrechter.
Het hof bekrachtigt het vonnis van de rechtbank en veroordeelt IJsmachines in de kosten van het hoger beroep. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige beoordeling van de argumenten van beide partijen in het kader van executiemaatregelen en de noodzaak om de belangen van de geëxecuteerde partij te beschermen.