ECLI:NL:GHARN:2009:BJ4220
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- P. Koolschijn
- H.M.E. Laméris-Tebbenhoff Rijnenberg
- S.J. van der Woude
- Rechtspraak.nl
Vernieling van een ruit van een pand van het Leger des Heils
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 13 juli 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1964 en woonachtig in [woonplaats], was eerder veroordeeld voor soortgelijke delicten en bevond zich op dat moment in een proeftijd. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk en wederrechtelijk vernielen van een ruit van een pand van het Leger des Heils op 13 april 2008. De politierechter had de verdachte eerder veroordeeld tot een straf, en de advocaat-generaal vorderde in hoger beroep dat het hof de verdachte opnieuw zou veroordelen tot een gevangenisstraf van één week, alsook de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van één maand.
Het hof heeft verstek verleend tegen de niet verschenen verdachte en heeft het vonnis van de politierechter vernietigd. Na het onderzoek ter terechtzitting heeft het hof geoordeeld dat de verdachte het ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen is verklaard. Het hof heeft daarbij gelet op de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan, en het strafrechtelijk verleden van de verdachte. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan vernieling, wat schade en overlast heeft veroorzaakt. Gezien het strafrechtelijk verleden van de verdachte en het feit dat hij zich tijdens de proeftijd opnieuw schuldig had gemaakt aan een strafbaar feit, oordeelde het hof dat een mildere straf niet meer in aanmerking kwam.
Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één week en gelast de tenuitvoerlegging van de eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van één maand. De uitspraak is gedaan door een meervoudige strafkamer van het hof, waarbij mr. P. Koolschijn als voorzitter fungeerde. Het arrest is ondertekend door de rechters en de griffier, waarbij mr. Van der Woude buiten staat was om het arrest mede te ondertekenen.