ECLI:NL:GHARN:2009:BL8334
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- W. Wery
- A. van der Herberg
- J. den Hartog
- Rechtspraak.nl
Vernietiging van de verlenging van terbeschikkingstelling en afwijzing van de vordering tot aanhouding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 10 augustus 2009 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Utrecht van 16 maart 2009, die de terbeschikkingstelling van de betrokkene met een jaar had verlengd. Het hof heeft de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar afgewezen. Het hof oordeelt dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen geen verlenging van de terbeschikkingstelling meer eist. Dit oordeel is gebaseerd op het ontbreken van een significant recidiverisico en de bevindingen van deskundigen over de betrokkene, die als verstandelijk gehandicapt en autistisch wordt gekarakteriseerd. De kliniek adviseert dat betrokkene een gestructureerde woonomgeving nodig heeft, waar hij de nodige begeleiding en toezicht kan krijgen.
Het hof heeft de beslissing van de rechtbank vernietigd, mede op basis van nieuwe stukken en de verklaringen van een getuige-deskundige tijdens de zitting in hoger beroep. Het verzoek van de raadsman om aanhouding voor verder onderzoek naar de mogelijkheden van een rechterlijke machtiging in de zin van de Wet BOPZ en de mogelijkheden voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging is afgewezen. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken, waarbij de raden niet in staat waren om de beslissing mede te ondertekenen. Het hof concludeert dat, gezien de omstandigheden en de advisering, een BOPZ-kader meer aangewezen is dan een voortzetting van de terbeschikkingstelling.