ECLI:NL:GHARN:2010:BM0795
Gerechtshof Arnhem
- Raadkamer
- M. Otte
- P.H.A.J. Cremers
- G.C. Gillissen
- Rechtspraak.nl
Beslissing op het beklag tegen de beslissing van het openbaar ministerie om voormalig commissaris van de koningin van de Provincie Gelderland niet te vervolgen
Op 13 mei 2009 is ter griffie van het Gerechtshof Arnhem een klaagschrift ingediend door klagers, gericht tegen de beslissing van de officier van justitie te Utrecht om voormalig commissaris van de koningin van de Provincie Gelderland, beklaagde, niet te vervolgen. Het hof heeft kennisgenomen van relevante stukken, waaronder een ambtsbericht van de hoofdofficier van justitie en een schriftelijk verslag van de advocaat-generaal. De behandeling vond plaats op 26 februari 2010 in raadkamer, waar klagers en hun raadsman, mr. W.J.E. Hendriks, aanwezig waren. De advocaat-generaal concludeerde tot ongegrondheid van de klacht.
Klagers hebben aangifte gedaan van meineed door beklaagde, die op 29 november 2005 als getuige was gehoord in een civiele procedure. In deze procedure werd door klager [klager 1] gesteld dat hij onrechtmatig was behandeld door de Provincie Gelderland, waarbij beklaagde druk op hem zou hebben uitgeoefend om af te treden. Drie getuigen verklaarden dat klager [klager 1] onder druk was gezet, maar beklaagde ontkende dit en verklaarde dat hij zich niet kon herinneren of er sprake was van dwang.
Het hof oordeelt dat, hoewel de verklaringen van beklaagde tegenstrijdig lijken, dit niet automatisch betekent dat er sprake is van meineed. De verklaring dat hij zich niet kon herinneren, in combinatie met de ontkenning van druk, maakt het onwaarschijnlijk dat een strafrechter tot een bewezenverklaring van meineed zou komen. Daarom is de beslissing van de officier van justitie om niet te vervolgen terecht en op goede gronden genomen.
Het hof wijst het beklag af, en ziet geen aanleiding om beklaagde in raadkamer te horen, zoals door de advocaat-generaal voorgesteld. De beslissing is genomen door de voorzitter en de raadsheren, en is ondertekend door de voorzitter en de griffier.