ECLI:NL:GHARN:2010:BM0853
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- O. Anjewierden
- J.J. Beswerda
- G.N. Roes
- Rechtspraak.nl
Ontvankelijkheid van hoger beroep bij volmacht door advocaat
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 9 april 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte was bij vonnis van 3 november 2008 veroordeeld en heeft tijdig hoger beroep ingesteld. De advocaat van de verdachte had een bijzondere volmacht verleend aan een griffiemedewerker om namens de verdachte hoger beroep in te stellen. Echter, het hof oordeelde dat het faxbericht van de advocaat niet voldeed aan de vereisten van artikel 450 van het Wetboek van Strafvordering, omdat het niet duidelijk maakte dat de advocaat bepaaldelijk door de verdachte was gevolmachtigd om hoger beroep in te stellen. Hierdoor was niet voldaan aan de wettelijke eisen voor het instellen van hoger beroep.
Het hof heeft de ontvankelijkheid van het hoger beroep beoordeeld en geconcludeerd dat de verdachte niet-ontvankelijk moest worden verklaard. De advocaat-generaal had dit ook gevorderd. Het hof benadrukte dat de schriftelijke volmacht aan de griffiemedewerker moest voldoen aan specifieke eisen, waaronder een verklaring van de advocaat dat hij door de verdachte was gevolmachtigd en dat de verdachte instemde met de ontvangst van de oproeping voor de terechtzitting in hoger beroep. Het hof oordeelde dat het ontbreken van deze vereisten leidde tot de niet-ontvankelijkheid van de verdachte in zijn hoger beroep.
De uitspraak van het hof is een belangrijke bevestiging van de noodzaak om te voldoen aan de wettelijke vereisten bij het instellen van hoger beroep, vooral wanneer dit gebeurt via een volmacht aan een derde partij. Het hof heeft de zaak afgesloten door de verdachte niet-ontvankelijk te verklaren in zijn hoger beroep, waarbij het hof ook opmerkte dat een later opgesteld schrijven van de verdachte niet voldoende was om de eerdere tekortkomingen te verhelpen.