ECLI:NL:GHARN:2010:BN2091
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- M. Rowel-Van der Linde
- F. Fikkers
- A. de Hek
- Rechtspraak.nl
Beëindiging schuldsaneringsregeling wegens niet te goeder trouw ontstaan schuld aan UWV
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 27 mei 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van verzoekster, die in eerste aanleg door de rechtbank Zwolle-Lelystad was beëindigd. De rechtbank had geoordeeld dat verzoekster niet te goeder trouw was geweest ten aanzien van een schuld aan het UWV, die was ontstaan door het niet melden van inkomsten uit arbeid. Verzoekster had op 6 april 2009 een verzoekschrift ingediend voor de toepassing van de schuldsaneringsregeling, maar het UWV had op 22 december 2009 een terugvordering van een onterecht verstrekte werkloosheidsuitkering van € 4.711,55 ingesteld, omdat verzoekster had nagelaten haar inkomsten te melden. Het hof oordeelde dat de feiten en omstandigheden die tot de beëindiging van de schuldsaneringsregeling leidden, reeds bestonden op het moment van de toelating tot de regeling op 12 november 2009. Het hof concludeerde dat verzoekster niet te goeder trouw was geweest en dat de beëindigingsgrond van artikel 350, derde lid, aanhef en onder f van de Faillissementswet van toepassing was. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, waarbij de schuldsaneringsregeling was beëindigd.