ECLI:NL:GHARN:2010:BN4206
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- R. van den Heuvel
- J.M.J. Denie
- M.J. Stolwerk
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in vervolging wegens belediging van Joden
In deze zaak is de verdachte in eerste aanleg vrijgesproken door de rechtbank Utrecht van alle tenlastegelegde feiten. De officier van justitie heeft hiertegen hoger beroep ingesteld. De zaak is behandeld op 5 augustus 2010 in het Gerechtshof Arnhem, waar de verdachte werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. A. Boumanjal. De kern van de zaak betreft de vraag of het openbaar ministerie ontvankelijk is in de vervolging van de verdachte, die beschuldigd werd van het beledigen van Joden via een cartoon op een website van de Arabisch-Europese Liga (AEL). De verdediging heeft aangevoerd dat de verdachte het vertrouwen had gekregen dat hij niet vervolgd zou worden, omdat de officier van justitie in een telefonisch gesprek had aangegeven dat alleen de AEL zou worden vervolgd. Het hof heeft vastgesteld dat het vertrouwen van de verdachte gerechtvaardigd lijkt, en dat er geen duidelijke bewijsstukken zijn die het tegendeel aantonen. Het hof heeft daarom geoordeeld dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging van de verdachte. Het vonnis van de rechtbank is vernietigd en het hof heeft opnieuw recht gedaan door de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie te verklaren.