ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0861

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
11 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
11-4-11
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep inzake bezit van een vals reisdocument met inbreuk op maatschappelijk vertrouwen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 11 april 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte, geboren in 1980 en woonachtig in [woonplaats], was in hoger beroep gekomen tegen een eerdere veroordeling wegens het bezit van een vals reisdocument, een Frans paspoort. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van vier weken. De advocaat-generaal had in hoger beroep een zwaardere straf van drie maanden geëist. Het hof heeft het vonnis van de eerste rechter vernietigd, maar heeft de strafmaat gelijk gehouden en de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één maand, met aftrek van de tijd die hij in verzekering heeft doorgebracht.

Het hof oordeelde dat de verdachte op 17 januari 2009 in het bezit was van een vals reisdocument, waarvan hij wist dat het vals was. Dit bezit was in strijd met het vertrouwen dat in de echtheid van reisdocumenten mag worden gesteld. Het hof heeft de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte in overweging genomen, maar zag geen aanleiding om de straf te verhogen. Het hof heeft ook beslist dat het valse reisdocument aan het verkeer zal worden onttrokken, omdat het ongecontroleerd bezit daarvan in strijd is met de wet. De uitspraak is gedaan in het kader van de artikelen 36b, 36c en 231 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze golden ten tijde van het bewezen verklaarde feit.

Uitspraak

Parketnummer: 24-000959-10
Parketnummer eerste aanleg: 07-600301-09
Arrest van 11 april 2011 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 30 maart 2010 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1980] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsman mr. drs. T.H. Meeuwis,
advocaat te Dronten.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf en heeft beslist op het inbeslaggenomen voorwerp, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis van de eerste rechter zal vernietigen en opnieuw rechtdoende, verdachte zal veroordelen tot een gevangenisstraf van 3 maanden.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
hij op of omstreeks 17 januari 2009 te [plaats], gemeente [gemeente], in het bezit was van een reisdocument, te weten een nationaal paspoort van Frankrijk voorzien van nummer [nummer] en op naam gesteld van [naam] geboren op
6 juni 1980, waarvan hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat het reisdocument vals of vervalst was, bestaande de valsheid of vervalsing hieruit dat dat voornoemd paspoort qua detaillering en/of gebruikt basismateriaal en/of toegepaste productie- en beveiligingstechnieken niet overeenkom(t)(en) met die van een origineel exemplaar;
Bewezenverklaring
Het hof acht bewezen dat:
hij op 17 januari 2009 te [plaats], gemeente [gemeente], in het bezit was van een reisdocument, te weten een nationaal paspoort van Frankrijk voorzien van nummer [nummer] en op naam gesteld van [naam] geboren op
6 juni 1980, waarvan hij wist dat het reisdocument vals was, bestaande de valsheid hieruit dat dat voornoemd paspoort qua detaillering en gebruikt basismateriaal en toegepaste productie- en beveiligingstechnieken niet overeenkomt met die van een origineel exemplaar.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
in het bezit zijn van een reisdocument waarvan hij weet dat het vals is.
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte was op 17 januari 2009, bij zijn aankomst in het asielzoekerscentrum in [plaats], in het bezit van een vals reisdocument, terwijl hij wist dat het reisdocument vals was. Door dit bezit heeft verdachte inbreuk gemaakt op het vertrouwen dat in het maatschappelijk verkeer mag worden gesteld in de echtheid van dergelijke documenten.
Het hof heeft gelet op een verdachte betreffend uittreksel uit het justitiële documentatieregister d.d. 19 januari 2011, waaruit blijkt dat hij in Nederland niet eerder is veroordeeld voor enig strafbaar feit.
Gelet op het voorgaande en met name in het geschonden maatschappelijk vertrouwen in de echtheid van reisdocumenten, acht het hof de door de rechter in eerste aanleg opgelegde gevangenisstraf van vier weken passend en geboden. De persoonlijke omstandigheden zoals die door verdachte ter terechtzitting van het hof naar voren zijn gebracht, brengen het hof niet tot een ander oordeel ten aanzien van de op te leggen straf. Anderzijds geldt dat het hof in het geschonden vertrouwen geen aanleiding ziet om - zoals door de advocaat-generaal gevorderd - een hogere straf op te leggen dan in eerste aanleg.
Onttrekking aan het verkeer
Het door het hof aan het verkeer te onttrekken vervalste reisdocument is daarvoor vatbaar, nu met betrekking tot dat goed het hiervoor bewezen verklaarde feit is begaan en van zodanige aard is, dat het ongecontroleerd bezit daarvan in strijd is met de wet.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 36b, 36c en 231 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde bewezen en kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart dit feit en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij.
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van één maand;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
verklaart aan het verkeer onttrokken:
een reisdocument afgegeven in 2005 met nummer [nummer].
Dit arrest is aldus gewezen door mr. P.W.J. Sekeris, voorzitter, mr. K. Lahuis en mr. W. van Houtum, in tegenwoordigheid van mr. M.J. Kuiper als griffier, zijnde mr. W. van Houtum buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.