ECLI:NL:GHARN:2011:BQ2746

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
22 april 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-001889-09
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor vernieling, openlijk geweld en diefstal met gevangenisstraf

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 22 april 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte is veroordeeld voor vernieling, openlijk geweld tegen een telefoon in een telefooncel en diefstal van een fiets. De rechtbank had de verdachte eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf, en het hof heeft deze veroordeling bevestigd, met een gevangenisstraf van twee maanden. De verdachte had zich schuldig gemaakt aan meerdere strafbare feiten in 2008, waaronder openlijk geweld tegen een telefoon en het vernielen van een ruit van een snackbar. De advocaat-generaal had gevorderd dat het hof de verdachte zou veroordelen tot een gevangenisstraf en de vorderingen van de benadeelde partijen zou toewijzen. Het hof heeft de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] tot schadevergoeding toegewezen, maar de vordering van [bedrijf 1] niet-ontvankelijk verklaard. Het hof heeft ook de tenuitvoerlegging gelast van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van vier maanden, omdat de verdachte zich voor het einde van de proeftijd opnieuw schuldig had gemaakt aan strafbare feiten. De uitspraak benadrukt de ernst van de feiten en de recidive van de verdachte, die eerder al veroordeeld was voor soortgelijke misdrijven. De verdachte heeft aangegeven onschuldig te zijn, maar het hof heeft geoordeeld dat de bewezenverklaarde feiten voldoende zijn onderbouwd en dat de verdachte strafbaar is.

Uitspraak

Parketnummer: 24-001889-09
Parketnummer eerste aanleg: 07-607344-08 en 07-607088-09
Parketnummer tenuitvoerlegging (07.607355-07)
Arrest van 22 april 2011 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 20 juli 2009 in de oorspronkelijk onder de parketnummers 07-607088-09 en 07-607344-08 afzonderlijk aangebrachte, maar ter terechtzitting in eerste aanleg gevoegde strafzaken, tegen:
[verdachte],
geboren op [1959] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
thans verblijvende in [verblijfplaats],
verschenen in persoon, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. N.C. Milani, advocaat te Lelystad.
Het vonnis waarvan beroep
De rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis, in de gevoegde zaken, wegens misdrijven veroordeeld tot een straf, heeft de benadeelde partij [bedrijf 1] niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering, heeft de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] geheel toegewezen, met oplegging van de maatregel van schadevergoeding en heeft op een vordering tot tenuitvoerlegging beslist, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
Ontvankelijkheid van het hoger beroep
Voor zover het hoger beroep is gericht tegen de vrijspraak ter zake van het onder 3 (parketnummer 07-607344-08) ten laste gelegde, kan verdachte daarin niet worden ontvangen.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof
- het primair ten laste gelegde van parketnummer 07-607088-09 en het onder 1 subsidiair en 2 ten laste gelegde van parketnummer 07-607344-08 bewezen zal verklaren;
- aan verdachte een gevangenisstraf van 2 maanden, met aftrek van het voorarrest, zal opleggen;
- de vordering van de benadeelde partij [bedrijf 1] geheel zal toewijzen, met oplegging van de maatregel van schadevergoeding;
- de vordering van de benadeelde partij [benadeelde] geheel zal toewijzen, met oplegging van de maatregel van schadevergoeding;
- de vordering tot tenuitvoerlegging van de bij vonnis van de rechtbank Zwolle - Lelystad d.d. 31 januari 2008 opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van 4 maanden zal toewijzen;
- de teruggave aan verdachte zal gelasten van de inbeslaggnomen schoenen.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof zal het vonnis vernietigen en opnieuw recht doen.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
(pkn 07-607088-09)
hij op of omstreeks 8 maart 2008 te [plaats], (althans) in de gemeente [gemeente], ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een telefooncel weg te nemen geld en/of (een) goed(eren) van zijn/hun gading, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf 1], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) en zich daarbij de toegang tot die telefooncel te verschaffen en/of die/dat weg te nemen geld en/of (een) goed(eren) onder zijn/hun bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, met een of meer van zijn mededader(s), althans alleen die telefooncel heeft/hebben betreden, waarna verdachte en/of verdachtes mededader(s) aan de telefoon heeft/hebben getrokken en/of met een (op een) (ijzeren) staaf (gelijkend voorwerp) achter de telefoon heeft/hebben gewrikt, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij op of omstreeks 8 maart 2008 te [plaats], (althans) in de gemeente [gemeente], met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, het [straat], in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een telefooncel en/of een telefoon, welk geweld bestond uit het rukken en/of trekken aan een telefoon en/of wrikken met een (op een ijzeren) staaf (gelijkend voorwerp) achter de telefoon die zich in die telefooncel bevond;
(pkn 07-607344-08)
1.
hij op of omstreeks 16 oktober 2008 in de gemeente [gemeente] ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een snackbar "[bedrijf]" (gevestigd aan de [adres]) weg te nemen (een) goed(eren) en/of geld, geheel of ten dele toebehorende aan snackbar "[bedrijf]" en/of [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en zich daarbij de toegang tot die snackbar "[bedrijf]" (gevestigd aan de [adres]) te verschaffen en/of die/dat weg te nemen goed(eren) en/of geld onder zijn bereik te brengen door middel van braak, verbreking en/of inklimming, immers heeft, hij, verdachte, toen aldaar, meermalen, in ieder geval éénmaa1, (met kracht) op/tegen een ruit/raam staan trappen/schoppen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
althans, indien het vorenstaande onder 1 niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 16 oktober 2008 in de gemeente [gemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een ruit/raam (van snackbar "[bedrijf]"), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan snackbar "[bedrijf]" en/of [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt, immers heeft, hij, verdachte, toen aldaar, meermalen, in ieder geval éénmaal, (met kracht)op/tegen die/dat ruit/raam (van snackbar "[bedrijf]") staan trappen/schoppen, waardoor die/dat ruit/raam (van snackbar "[bedrijf]") is vernield en/of is beschadigd en/of onbruikbaar is gemaakt;
2.
hij op of omstreeks 21 december 2008 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (dames)fiets, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan (een) tot op heden onbekend gebleven perso(o)n(en), in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte.
Bewezenverklaring
Het hof acht bewezen dat:
(pkn 07-607088-09)
subsidiair.
hij op 8 maart 2008 te [plaats], in de gemeente [gemeente], met een ander, op of aan de openbare weg, het [straat], openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen een telefoon, welk geweld bestond uit het rukken en trekken aan een telefoon en wrikken met een staaf achter de telefoon die zich in die telefooncel bevond;
(pkn 07-607344-08)
1 subsidiair.
hij op 16 oktober 2008 in de gemeente [gemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een ruit/raam van snackbar "[bedrijf]", toebehorende aan snackbar "[bedrijf]" en/of [benadeelde], heeft vernield, immers heeft, hij, verdachte, toen aldaar tegen die ruit van snackbar "[bedrijf]" staan schoppen, waardoor die ruit van snackbar "[bedrijf]" is vernield;
2.
hij op 21 december 2008 in de gemeente [gemeente] met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een fiets, toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte.
Het hof acht niet bewezen hetgeen aan verdachte als voormeld subsidiair (parketnummer 07-607088-09) en het onder 1 subsidiair en 2 (parketnummer
07-607344-08) meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen.
Kwalificatie
Het bewezen verklaarde levert respectievelijk op de misdrijven:
(pkn 07-607088-09)
subsidiair: openlijk in vereniging geweld plegen tegen goederen
(pkn 07-607344-08)
1 subsidiair: opzettelijk en wederrechtelijk enig goed dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, vernielen
2. diefstal .
Strafbaarheid
Het hof acht verdachte strafbaar. Strafuitsluitingsgronden worden niet aanwezig geacht.
Strafmotivering
Het hof heeft de op te leggen straf bepaald op grond van de aard en ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon van verdachte. Daarbij heeft het hof in het bijzonder het navolgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich in 2008 schuldig gemaakt aan vernieling, openlijk geweld tegen een telefoon in een openbare telefooncel en een diefstal van een fiets. Door zijn handelen heeft hij voor overlast gezorgd, anderen financieel nadeel berokkend en een inbreuk gemaakt op de eigendomsrechten van een ander.
Uit het de verdachte betreffend Uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 8 april 2011 blijkt dat verdachte heel vaak onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten. Kennelijk hebben eerder opgelegde straffen verdachte er niet van weerhouden om opnieuw strafbare feiten te plegen.
Ter zitting van het hof d.d. 11 april 2011 is van de zijde van de verdediging aangevoerd dat verdachte al jaren met verslavingsproblemen kampt en dat er in al die jaren voor het eerst een concreet plan klaar ligt voor verdachte om een behandeling te ondergaan in een verslavingskliniek. Bij verslavingskliniek De Meerkanten heeft verdachte al een intake gehad. In aansluiting op zijn detentie kan verdachte in De Meerkanten worden opgenomen.
Gelet op de ernst van de feiten, het aantal feiten en de recidive van de verdachte is een andere straf dan een gevangenisstraf niet passend. Daarom zal het hof, zoals opgelegd door de rechtbank en gevorderd door de advocaat-generaal, aan verdachte voor de bewezenverklaarde feiten een gevangenisstraf opleggen van na te melden duur.
Tenuitvoerlegging (07.607355-07)
Bij vonnis van de meervoudige strafkamer in de rechtbank Zwolle - Lelystad van 31 januari 2008 met parketnummer 07.607355-07, is veroordeelde onder meer veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van vier maanden met een proeftijd van twee jaren. Dit vonnis is onherroepelijk geworden op 15 februari 2008, op welke datum tevens de proeftijd is ingegaan. De officier van justitie heeft op 17 juni 2009 gevorderd dat last zal worden gegeven tot tenuitvoerlegging van voormelde gevangenisstraf, omdat verdachte zich voor het einde van voormelde proeftijd schuldig zou hebben gemaakt aan het ten laste gelegde feiten.
Nu gebleken is dat verdachte de hiervoor bewezen verklaarde feiten heeft begaan vóór het einde van de proeftijd, zal het hof op grond van het vorenstaande de tenuitvoerlegging van voormelde gevangenisstraf gelasten.
Benadeelde partij [benadeelde]
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, dat de benadeelde partij zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd en dat haar vordering in eerste aanleg geheel is toegewezen. Derhalve duurt de voeging ter zake van haar gehele vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort. Blijkens het voegingsformulier benadeelde partijen in het strafproces vordert de benadeelde partij vergoeding van materiële schade tot een bedrag van € 1147,81, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 16 oktober 2008 tot aan de dag van voldoening.
Van de zijde van verdachte is aangevoerd dat hij onschuldig is en daarom de schade niet hoeft te betalen.
Gebleken is, dat de benadeelde partij ondernemer is (eigenaar van eenmansbedrijf [bedrijf]), dat de door hem gevorderde schade betrekking heeft op zijn onderneming en dat de gevorderde schade voortvloeit uit een door verdachte ten opzichte van genoemde onderneming gepleegde onrechtmatige daad, te weten vernieling van een ruit. BTW-heffing is in dit geval niet aan de orde, terwijl de benadeelde partij de door hem betaalde BTW als ondernemer kan aftrekken/terugvorderen. Derhalve heeft het gevorderde BTW-bedrag geen betrekking op schade, die rechtstreeks is toegebracht door het bewezen verklaarde feit. Gelet op het bepaalde in artikel 361, tweede lid, aanhef en onder b, van het Wetboek van Strafvordering, dient de benadeelde partij in haar vordering ook in zoverre niet ontvankelijk te worden verklaard.
Het hof is van oordeel, dat de benadeelde partij de hoogte van de gevorderde schade deugdelijk heeft gesteld en onderbouwd. Het gevorderde bedrag (exclusief € 123,39 BTW) komt het hof niet onbillijk of ongegrond voor.
Gelet op al het vorenstaande behoort de gevorderde schade te worden toegewezen tot een bedrag van € 1.024,42, vermeerderd met het bedrag van de wettelijke rente, te rekenen vanaf 16 oktober 2008.
Gelet op het vorenstaande dient verdachte, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil, en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
Aan verdachte zal daarnaast de verplichting worden opgelegd tot betaling aan de Staat van het toegewezen bedrag ten behoeve van voornoemd slachtoffer.
Benadeelde partij [bedrijf 1]
Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, dat de benadeelde partij zich in het geding in eerste aanleg heeft gevoegd, dat haar vordering in eerste aanleg niet is toegewezen en dat zij zich binnen de grenzen van haar eerste vordering in het geding in hoger beroep opnieuw heeft gevoegd. Derhalve duurt de voeging ter zake van haar in eerste aanleg gedane vordering tot schadevergoeding in het geding in hoger beroep voort. Blijkens het voegingsformulier benadeelde partijen in het strafproces vordert de benadeelde partij vergoeding van materiële schade tot een bedrag van € 1.312,81, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 maart 2008 tot aan de dag van voldoening.
Het hof constateert dat het voegingsformulier benadeelde partij is ingevuld en ondertekend door [gemachtigde 1], die opgeeft door de benadeelde te zijn gemachtigd. Bij de stukken bevindt zich een verklaring d.d. 23 april 2009 van [gemachtigde 2] - die op grond van een doorlopende volmacht bevoegd is namens [bedrijf 1] in het kader van voeging in strafrechtelijke procedures op te treden - met het opschrift 'volmacht'. In die verklaring van [gemachtigde 2] staat dat aan de heer [gemachtigde 1] een volmacht wordt verleend om [bedrijf 2] te vertegenwoordigen in de procedure tegen [medeverdachte]. Een volmacht om [bedrijf 1] te vertegenwoordigen in de zaak tegen de onderhavige verdachte ontbreekt. [bedrijf 1] zal daarom in de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.
Gelet op het vorenstaande dient de benadeelde partij, als de in het ongelijk gestelde partij, te worden veroordeeld in de kosten van het geding door verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil.
Toepassing van wetsartikelen
Het hof heeft gelet op de artikelen 14g, 14h, 14i, 14j, 36f, 57, 63, 141, 310 en 350 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
verklaart de verdachte niet ontvankelijk in zijn hoger beroep, voor zover dit is gericht tegen de vrijspraak ter zake van het onder 3 (parketnummer 07-607344-08) tenlastegelegde;
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte in de zaak met parketnummer 07-607088-09 primair en in de zaak met parketnummer 07-607344-08 onder 1 primair ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart het verdachte subsidiair (parketnummer 07-607088-09) en het onder 1 subsidiair en 2 (parketnummer 07-607344-08) ten laste gelegde bewezen, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart deze feiten en verdachte strafbaar;
verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte als hiervoor vermeld in de zaak met parketnummer 07-607088-09 subsidiair en in de zaak met parketnummer 07-607344-08 onder 1 subsidiair en 2 meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven als bewezen is aangenomen en spreekt verdachte daarvan vrij;
veroordeelt verdachte [verdachte] tot gevangenisstraf voor de duur van twee maanden;
beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering wordt gebracht;
gelast de teruggave aan verdachte van:
een paar schoenen, merk Reebok;
wijst toe de vordering van de benadeelde partij, [benadeelde], wonende te [woonplaats], tot een bedrag van duizend vierentwintig euro en tweeënveertig cent, vermeerderd met het bedrag van de wettelijke rente, te rekenen vanaf 16 oktober 2008;
verklaart de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering;
veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt - tot aan deze uitspraak begroot op nihil - en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan verdachte tevens de verplichting op tot betaling aan de Staat van duizend vierentwintig euro en tweeënveertig cent ten behoeve van het slachtoffer
[benadeelde], wonende te [woonplaats];
beveelt dat vervangende hechtenis voor de duur van twintig dagen zal worden toegepast, indien noch volledige betaling noch volledig verhaal van het verschuldigde bedrag volgt;
bepaalt dat indien veroordeelde heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat van bovenvermeld bedrag, de verplichting om te voldoen aan de vordering van de benadeelde partij komt te vervallen, alsmede dat, indien veroordeelde aan de vordering van de benadeelde partij heeft voldaan, de verplichting tot betaling aan de Staat komt te vervallen;
verklaart de benadeelde partij [bedrijf 1] niet-ontvankelijk in de vordering;
bepaalt dat de benadeelde partij [bedrijf 1] de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
veroordeelt de benadeelde partij [bedrijf 1] in de kosten van het geding door de verdachte gemaakt, tot aan deze uitspraak begroot op nihil;
gelast de tenuitvoerlegging van de aan veroordeelde bij vonnis van de meervoudige kamer van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 31 januari 2008 voorwaardelijk opgelegde straf, te weten:
gevangenisstraf voor de duur van vier maanden.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. G. Dam, voorzitter, mr. L.T. Wemes en mr. P. Greve, in tegenwoordigheid van mr. M. Nijhuis als griffier.