ECLI:NL:GHARN:2011:BQ9475

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
6 juni 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
TBS P11/0071
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
  • Y.A.J.M. van Kuijck
  • J.M.J. Denie
  • E. van der Herberg
  • M.G.E. Tervoort
  • W. van Kordelaar
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling en de voortvarendheid van de behandelkliniek

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 6 juni 2011 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de terbeschikkingstelling (TBS) van de terbeschikkinggestelde. De rechtbank Arnhem had op 4 februari 2011 besloten om de TBS met een termijn van twee jaar te verlengen. Het hof heeft de zaak behandeld op basis van verschillende stukken, waaronder processen-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg, de beslissing waarvan beroep, en aanvullende informatie van de Forensisch Psychiatrische Kliniek De Rooyse Wissel.

Tijdens de zitting op 23 mei 2011 heeft het hof de terbeschikkinggestelde gehoord, bijgestaan door zijn raadsman, mr. N.A. Heidanus, en de advocaat-generaal, mr. E.J. Julsing-Nijenhuis. Het openbaar ministerie heeft geadviseerd om de beslissing van de rechtbank te vernietigen en de maatregel voor de duur van slechts een jaar te verlengen, omdat een langere termijn zou kunnen leiden tot een gebrek aan voortvarendheid van de kliniek. De raadsman van de terbeschikkinggestelde heeft betoogd dat de kliniek nu duidelijk moet worden gemaakt dat zij de afspraken moet nakomen, en dat de terbeschikkinggestelde vooral wil dat het verloftraject zo snel mogelijk aanvangt.

Het hof heeft geoordeeld dat de behandelkliniek tot nu toe onvoldoende voortvarend heeft gehandeld met betrekking tot het resocialisatietraject van de terbeschikkinggestelde. Desondanks heeft het hof besloten om de termijn van de maatregel niet te beperken tot een jaar, omdat de te verwachten duur van het behandel- en resocialisatietraject deze termijn ruimschoots zal overschrijden. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank bevestigd, met inachtneming van de gronden die de rechtbank heeft aangevoerd. Het hof heeft daarbij ook verwezen naar de gezamenlijke notitie van de behandeldirecteuren van de Forensisch Psychiatrische Centra en Klinieken, waarin zij streven naar een transparante prognosestelling voor het intramurale verblijf van forensische patiënten.

De uitspraak van het hof benadrukt het belang van voortvarendheid in de behandeling van terbeschikkinggestelden, maar erkent ook de complexiteit van het resocialisatietraject. Het hof heeft de beslissing van de rechtbank bevestigd, waarbij de kliniek wordt aangespoord om haar uiterste best te doen om het begeleid verlof van de terbeschikkinggestelde zo spoedig mogelijk te laten aanvangen.

Uitspraak

TBS P11/0071
Beslissing d.d. 6 juni 2011
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
[Terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
verblijvende in [verblijfplaats].
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Arnhem van 4 februari 2011, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
- de processen-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van beroep van de terbeschikkinggestelde, d.d. 9 februari 2011;
- de aanvullende informatie van FPC De Rooyse Wissel, d.d. 9 mei 2011, alsmede de wettelijke aantekeningen van 1 oktober 2010 tot en met 4 mei 2011;
- een brief van de raadsman van 19 mei 2011 met als bijlage een brief van de terbeschikkinggestelde van 11 mei 2011.
Het hof heeft ter zitting van 23 mei 2011 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr N.A. Heidanus, advocaat te Groningen, en de advocaat-generaal,
mr E.J. Julsing-Nijenhuis.
Overwegingen
Het standpunt van het openbaar ministerie
Gelet op de te verwachten behandelduur is een verlenging voor de duur van twee jaren gepast. Een verlenging voor de duur van twee jaren zou er echter toe kunnen leiden dat de kliniek weinig voortvarend zal blijven handelen. Geadviseerd wordt dan ook om de beslissing van de rechtbank te vernietigen en te beslissen tot verlenging van de maatregel voor de duur van slechts een jaar.
Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman
Volgens de raadsman moet de kliniek nu duidelijk worden gemaakt dat zij de afspraken met de terbeschikkinggestelde moet nakomen. Dit is ook de enige reden waarom de terbeschikkinggestelde hoger beroep heeft ingesteld. De advocaat-generaal heeft een goed voorstel gedaan en de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman sluiten zich hierbij aan. De terbeschikkinggestelde begrijpt dat een eventuele verlenging voor de duur van een jaar niet inhoudt dat er reeds over een jaar zal worden bekeken of een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging tot de mogelijkheden behoort, maar wil vooral dat het verloftraject nu eindelijk aanvangt en dat de rechtbank dit binnen een jaar kan toetsen.
Het oordeel van het hof
Het hof acht het door de raadsman aangevoerde onvoldoende reden om de termijn waarmee de maatregel verlengd zou moeten worden tot een jaar te beperken. Uit de rapportages blijkt dat het nog te realiseren traject de periode van een jaar ruimschoots zal overschrijden, en ook de 6-jaars rapporteurs hebben geadviseerd de maatregel met twee jaren te verlengen.
Het hof is van oordeel dat de rechtbank op juiste gronden heeft geoordeeld en op juiste wijze heeft beslist. Daarom zal de beslissing waarvan beroep met overneming van die gronden worden bevestigd.
Wel is het hof met betrokkene en zijn raadsman van oordeel dat de kliniek met betrekking tot het resocialisatietraject van betrokkene tot nu toe onvoldoende voortvarend heeft gehandeld. De kliniek heeft zelf aangegeven dat omstandigheden, die buiten betrokkene liggen, vertraging hebben opgeleverd bij de aanvraag voor begeleid verlof. Het hof verwijst in dit verband naar hetgeen de behandeldirecteuren van de Forensisch Psychiatrische Centra en Forensisch Psychiatrische Klinieken onlangs zelf hebben voorgesteld in een gezamenlijke notitie omtrent hun streven naar een transparante prognosestelling voor het intramurale verblijf van forensische patiënten en een in tijd gefaseerd verlof- en resocialisatietraject, uiteraard met behoud van waarborgen voor de veiligheid. In het licht hiervan mag verwacht worden dat de kliniek haar uiterste best zal doen om het begeleid verlof van de terbeschikkinggestelde zo spoedig mogelijk als verantwoord is te laten aanvangen.
Beslissing
Het hof:
Bevestigt de beslissing van de rechtbank Arnhem van 4 februari 2011 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde [terbeschikkinggestelde].
Aldus gedaan door
mr Y.A.J.M. van Kuijck als voorzitter,
mr J.M.J. Denie en mr E. van der Herberg als raadsheren,
en M.G.E. Tervoort en dr. W. van Kordelaar als raden,
in tegenwoordigheid van mr C.M.M. van der Waerden als griffier,
en op 6 juni 2011 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.