ECLI:NL:GHARN:2011:BT8910
Gerechtshof Arnhem
- Raadkamer
- A.E. Harteveld
- P. van Kesteren
- G.C. Gillissen
- Rechtspraak.nl
Bevestiging voorlopige hechtenis na onwenselijk lange procedure
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 14 september 2011 uitspraak gedaan in het hoger beroep dat was ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Almelo van 5 juli 2011. De rechtbank had het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis van de verdachte afgewezen. Het hof heeft de advocaat-generaal en de verdachte, bijgestaan door mr. J. Michels, gehoord in raadkamer. Na het bestuderen van de stukken, waaronder de beslissing van de rechtbank en de akte van de griffier, concludeerde het hof dat de gronden voor de voorlopige hechtenis nog steeds aanwezig waren. Het hof oordeelde dat er geen redenen waren om de voorlopige hechtenis op te heffen en bevestigde daarmee de beslissing van de rechtbank. Het hof wees op de lange periode tussen het instellen van het hoger beroep en de behandeling daarvan, wat als onwenselijk werd beschouwd. Desondanks leidde dit verzuim niet tot opheffing van de voorlopige hechtenis, aangezien de ernst van de feiten en de controle door de zittingsrechter in acht werden genomen. De advocaat-generaal werd gelast om de beschikking ter kennis van de verdachte te brengen. De uitspraak werd ondertekend door de voorzitter en de griffier.