Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest van 6 mei 2014
Prae Artiestenverloning B.V.,
appellante,
Artiestenverloningen B.V.,
Het verloop van het geding
Beoordeling van het hoger beroep
‘www.artiestenverloningen.nl’geregistreerd, via welke domeinnaam men toegang heeft tot de website waarop zij haar diensten aanbiedt. Prae, opgericht in 2011, houdt zich eveneens bezig met artiestenverloning. De website waarop Prae haar diensten aanbiedt, is toegankelijk via de domeinnaam
‘www.artiestenverloning.nl’, welke domeinnaam in 2005 is geregistreerd door [A]. Met bovenstaande weergave van de feiten heeft het hof rekening gehouden met het bezwaar van Prae tegen de feitenvaststelling in 2.12 van het bestreden vonnis.
‘artiestenverloning.nl’te staken en gestaakt te houden, op straffe van verbeurte van een dwangsom. In hoger beroep heeft dit hof, bij arrest van 9 juli 2013, dit kort geding vonnis gedeeltelijk vernietigd (waarbij het hof onder meer de dwangsommen heeft gematigd) en voor het overige, gelet op het thans bestreden vonnis in de bodemzaak van 14 november 2012, op grond van de afstemmingsregel bekrachtigd. Naar het oordeel van het hof was geen sprake van een klaarblijkelijke misslag (rechtsoverweging 12 van genoemd arrest).
‘artiestenverloning.nl’als domeinnaam te gebruiken, met dwangsom en kostenveroordeling. De (toewijzing van de) reconventionele vordering van Prae is (hoewel kennelijk bij vergissing nog wel genoemd in de appeldagvaarding) thans in hoger beroep niet meer aan de orde.
artiestenverloning.nl’ als domeinnaam wordt gevoerd door een onderneming die daarop artiestenverloningsdiensten aanbiedt, althans heeft zij in die omstandigheid berust. Prae heeft in dit verband aangevoerd dat Theaterburo U.M.O. B.V. (‘UMO’, ook Outevents genoemd) vanaf 2005 de domeinnaam heeft gebruikt voor artiestenverloningsdiensten hetgeen een van haar activiteiten was, dat Artiestenverloningen daartegen in 2005/2006 heeft geageerd, maar dat UMO het gebruik van deze domeinnaam heeft gecontinueerd terwijl Artiestenverloningen verder heeft stilgezeten. In die omstandigheden heeft zij haar rechten verwerkt, aldus Prae.
Artiestenverloningenhaar aanspraak niet (meer) geldend zou maken. Zoals de rechtbank heeft overwogen en tussen partijen ook niet in geschil is, is UMO een
andereonderneming en heeft UMO haar activiteiten gestaakt uiterlijk in 2008 (toen zij werd opgeheven), terwijl Prae de domeinnaam vanaf 2011 is gaan gebruiken. In die omstandigheden komt Prae geen beroep op rechtsverwerking toe. De stelling van Artiestenverloningen dat UMO überhaupt geen activiteiten van enige betekenis ontplooide op het gebied van artiestenverloning behoeft dus geen bespreking. Enkel tijdsverloop of louter stilzitten is onvoldoende om rechtsverwerking aan te nemen.
- deel handelsnaam (helft, art. 1019h): (€ 7.975,50 + (€ 1.755,- : 2 (i.v.m. de reconventie) =) € 877,50) : 2 = € 4.426,50;
- deel onrechtmatige daad (helft, liquidatietarief): (€ 452,- x 2) : 2 = € 452,-;
- griffierecht: € 575,-;