Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.Het verloop van het geding
2.Beoordeling van het incident
4.6
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag diende, ging het om een incident tot schorsing van de uitvoerbaarverklaring bij voorraad van een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Rotterdam. De appellante, Groene Energie Administratie B.V. (hierna: Greenchoice), had hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van 16 juli 2013, waarin zij was veroordeeld om inzage te verlenen in haar financiële administratie aan de geïntimeerde, Liander N.V. (hierna: Liander). Greenchoice betwistte de vordering van Liander en stelde dat zij niet in staat was om de gevraagde informatie te verstrekken, wat zou leiden tot onredelijke dwangsommen. Liander, als regionale netbeheerder, had een geschil met Greenchoice over de betaling van transportvergoedingen die Greenchoice namens haar klanten had ontvangen. Het hof oordeelde dat het belang van Greenchoice bij het afwachten van de uitkomst van het hoger beroep in de hoofdzaak zwaarder woog dan het belang van Liander bij onmiddellijke tenuitvoerlegging van het vonnis. Het hof schorste daarom de tenuitvoerlegging van het vonnis van de voorzieningenrechter en hield de beslissing over de kosten van het incident aan tot het eindarrest.