ECLI:NL:GHDHA:2014:267
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- C.G.M. van Rijnberk
- W.P.C.M. Bruinsma
- H.P.Ch. van Dijk
- Rechtspraak.nl
Verkeersongeval met dodelijke afloop en verlaten van de plaats van het ongeval
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 12 februari 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Den Haag. De verdachte is beschuldigd van het veroorzaken van een verkeersongeval op 2 juli 2010 te 's-Gravenhage, waarbij een voetganger is overleden. De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan roekeloos rijgedrag door met een snelheid van minimaal 65 km/u, terwijl ter plaatse 50 km/u was toegestaan, te rijden en onvoldoende aandacht voor het verkeer te hebben. Na de aanrijding heeft de verdachte de plaats van het ongeval verlaten, terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat hij een ander had gedood. Het hof heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 7 maanden, met aftrek van voorarrest, en heeft hem de bevoegdheid om motorrijtuigen te besturen ontzegd voor 36 maanden. De uitspraak is gedaan in het kader van de Wegenverkeerswet 1994, waarbij het hof de ernst van de feiten en de gevolgen voor de nabestaanden van het slachtoffer in overweging heeft genomen. De verdachte had eerder al strafbare feiten gepleegd, waaronder verkeersdelicten, wat meegewogen is in de strafmaat. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal om het vonnis te bevestigen, met aanvulling van de bewijsmiddelen, gehonoreerd.