ECLI:NL:GHDHA:2014:2954
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevestiging van ontslag van rechtsvervolging wegens noodweer-exces in moordzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 11 september 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Rotterdam. De verdachte was eerder ontslagen van alle rechtsvervolging in verband met de ten laste gelegde moord/doodslag op een persoon genaamd [slachtoffer] op 17 juli 2013 te Vlaardingen. De advocaat-generaal had hoger beroep ingesteld en vorderde een gevangenisstraf van tien jaren, met aftrek van voorarrest. Het hof heeft de zaak behandeld op basis van het onderzoek in eerste aanleg en het onderzoek in hoger beroep, waarbij de advocaat-generaal aannames heeft gedaan over de agressiviteit van het slachtoffer en de verantwoordelijkheid van de verdachte. Het hof heeft echter geconcludeerd dat er geen feiten of omstandigheden zijn vastgesteld die deze aannames ondersteunen. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet kon weten welke hoeveelheid alcohol het slachtoffer had genuttigd en wat de gevolgen daarvan zouden zijn. Daarom heeft het hof het standpunt van de advocaat-generaal verworpen. Het hof heeft geoordeeld dat de rechtbank op juiste gronden heeft beslist en heeft het vonnis van de rechtbank bevestigd. De relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht, artikelen 41 en 287, zijn in acht genomen bij deze beslissing.