Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
arrest van 11 maart 2014
[naam],
[…] B.V.,
Het verdere verloop van het geding
Verdere beoordeling van het hoger beroep
“Aansluitend is de heer [Y] gedurende de periode 1965-1973 als glazenzetter/timmerman in dienst geweest van de firma […] (…). Zijn dagelijkse werkzaamheden bestonden uit het beglazen en het verrichten van timmerwerkzaamheden. De Firma […] had een contract met de gemeente Rotterdam: al het onderhoud aan en reparatie/renovatie van gemeentelijk onroerend goed – woningen, kantoren, scholen, etc. – was uitbesteed aan de firma […]. Bij de onderhouds-/reparatie- en renovatiewerkzaamheden is de heer [Y] veelvuldig in aanraking gekomen met zachte en harde asbesthoudende (eternit)platen, alsmede met asbesthoudende golfplaten. De asbestplaten werden onder meer gebruikt achter de verwarmingen en onder de vensterbanken. De heer [Y] heeft oude, kapotte asbestplaten verwijderd. Hij heeft nieuwe asbestplaten op maat gezaagd, heeft er gaten in geboord en gemonteerd. Ook zijn collega’s hebben in zijn nabijheid met asbestmaterialen gewerkt.(…) Ook is de heer [Y] 6 x per jaar een dag werkzaam geweest in het ketelhuis van het gemeentelijk zwembad. Van ketelhuizen is bekend dat er zich veel asbestisolatiemateriaal in bevond, waardoor asbestblootstelling plaatsvond. (…) Zodoende is de heer [Y] naar zijn mening nagenoeg dagelijks, veelvuldig en op zowel directe als indirecte wijze (soms intensief) in de werkomgeving aan asbest blootgesteld.”
“Ik heb met [Y] samengewerkt in de renovatie. Hij deed dan de renovatiewerkzaamheden en ik deed het glas. In zijn busje stonden dan ook de kozijnen en het hout. In totaal heb ik zo’n 3 à 4 jaar zo met hem samengewerkt. [Y] moest dan de platen zagen en de kozijnen op maat zagen. In de kozijnen zat asbest, maar met name boven de kozijnen, tussen de kozijnen en de muur, zat in het isolatiemateriaal wat toen gebruikt werd asbest. Ik weet dat dit nu bij al die scholen wordt verwijderd. Met name in de kitten, zoals Butuleen en Mari-kit, zat in die periode asbest verwerkt en daar werd door ons mee gewerkt. (…) Ik heb [Y] alleen zien zagen in vensterbanken en niet in andere materialen. Waar ik voorheen in mijn verklaring het had over het zagen in kozijnen, bedoelde ik vensterbanken. De kozijnen werden op maat aangeleverd. Ik weet niet meer hoe het materiaal van de vensterbanken heette, maar ik weet wel dat er toen een materiaal was voor vensterbanken, dat veel asbest bevatte. Waar ik bij was, heeft hij ook plafonds in die scholen gelegd. (…) Met plafonds vervangen bedoel ik dat hij platen uit een systeemplafond heeft verwijderd, en later weer teruggelegd, teneinde mogelijk te maken dat er kozijnen konden worden geplaatst en isolatiemateriaal kon worden aangebracht bij de kozijnen. (…) Dit isolatiemateriaal was steenwol en dat werd door [Y] aangebracht. (…) Bij het weghalen en het terugleggen van de plafondplaten heeft hij daar niets mee gedaan in de vorm van zagen of iets dergelijks. Andere dan deze werkzaamheden heb ik hem niet zien doen in deze scholen (…). In de jaren zestig hebben wij met Mari-kit gewerkt (…). Dit was een gevaarlijk goedje want als je het verwarmde, dan ontplofte het. Eerst later heb ik via internet begrepen dat dit werd veroorzaakt door de asbest die erin zat. Voor wat betreft de vensterbanken heb ik u al verklaard dat ik niet meer weet hoe dat materiaal heette. Wel weet ik dat als een vensterbank omviel, dat deze dan brak. Ik heb naderhand gehoord dat daar asbest in zat. Wanneer dat was, dat weet ik niet. Voor wat betreft het steenwol weet ik pas vrij recent dat daar asbest in zat. (…) Ik kan u niet een concrete school noemen, die toen gerenoveerd is.”