ECLI:NL:GHDHA:2015:2588

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
22 september 2015
Publicatiedatum
23 september 2015
Zaaknummer
22-006165-11
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van diefstal en witwassen in de zaak tegen verdachte te Delft

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 22 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage. De verdachte, geboren op 30 januari 1973 te Stolwijk, was beschuldigd van diefstal van een kluis met inhoud van het Grenswisselkantoor in Delft, gepleegd tussen 9 en 11 oktober 2010, en van witwassen van de opbrengst van deze diefstal. In eerste aanleg was de verdachte veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf. Het hof heeft het onderzoek in hoger beroep gevoerd op 8 juli 2014 en 8 september 2015, waarbij het hof kennisnam van de vordering van de advocaat-generaal en de verdediging van de verdachte.

Het hof oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen. De bewijsconstructie in eerste aanleg was voornamelijk gebaseerd op herkenning van de verdachte op camerabeelden, maar het hof concludeerde dat de kwaliteit van deze beelden onvoldoende was voor een betrouwbare identificatie. Daarnaast waren er geen forensische sporen die de verdachte aan de inbraak konden linken. De historische verkeersgegevens van de telefoons van de verdachte en zijn medeverdachte gaven ook geen eenduidige aanwijzingen voor betrokkenheid bij de diefstal.

Het hof concludeerde dat de overige bewijsmiddelen, zoals het uitgavepatroon van de verdachte en de aangetroffen buitenlandse valuta, niet voldoende waren om aan te nemen dat de verdachte betrokken was bij de kluiskraak. De verdachte werd vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten, en de vordering van de benadeelde partij, GWK Travelex N.V., werd niet-ontvankelijk verklaard. Het hof gelastte de teruggave van in beslag genomen voorwerpen aan de verdachte, aangezien het belang van de strafvordering zich daartegen niet meer verzette.

Uitspraak

Rolnummer: 22-006165-11
Parketnummers: 09-758947-10 en 09-655348-11
Datum uitspraak: 22 september 2015
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank 's-Gravenhage van 14 december 2011 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te Stolwijk op 30 januari 1973,
adres: Stille Putten 86 te 2612 KV Delft.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzittingen in hoger beroep van dit hof van 8 juli 2014 en 8 september 2015.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte ter zake van het hem in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 en 2 en het in de zaak met parketnummer 09-655348-11 primair en subsidiair ten laste gelegde zal worden vrijgesproken.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 en 2 en het in de zaak met parketnummer 09-655348-11 primair ten laste gelegde ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 18 maanden met aftrek van voorarrest. Voorts zijn er beslissingen genomen ten aanzien van de vordering benadeelde partij en de inbeslaggenomen goederen, zoals nader in het vonnis waarvan beroep vermeld.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd dat:
Zaak met parketnummer 09-758947-10:
1:hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 09 oktober 2010 tot en met 11 oktober 2010 te Delft, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening in/uit het Grenswisselkantoor een kluis heeft weggenomen een of meer geldbedragen (met in totaal een waarde van ongeveer 325.307,52 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het Grenswisselkantoor gelegen aan de Van Leeuwenhoeksingel 43 te Delft, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, zulks na zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn bereik te hebben gebracht door middel van braak en/of verbreking, te weten door het boren en/of aanbrengen van een of meer gaten in de wand van de kluis en/of de muur achter de kluis en/of de muren van een of meer ruimtes achter de kluis;
2:
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 9 oktober 2010 tot en met 9 februari 2011, te Delft en/of Rotterdam en/of elders in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, een voorwerp, te weten een deel van de tussen 9 en 11 oktober 2010 gestolen kluisinhoud van het Grenswisselkantoor gelegen aan de Van Leeuwenhoeksingel 43 te Delft (welke kluisinhoud in totaal een waarde had van ongeveer 325.307,52 euro), althans een of meer geldbedragen en/of een of meer sieraden en/of goederen, heeft verworven, voorhanden heeft gehad, heeft overgedragen en/of omgezet, althans van een voorwerp, te weten geldbedragen, gebruik heeft gemaakt, terwijl hij en/of zijn mededader(s) wist(en) dat bovenomschreven voorwerp - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
Zaak met parketnummer 09-655348-11:
primair:hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 31 december 2010 tot en met 9 februari 2011 te Delft tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toeëigening heeft weggenomen uit een woning (gelegen aan de [adres aangever]) een mini-laptop (merk Asus) met toebehoren en/of een of meer doosjes en/of een etui en/of een of meer sieraden en/of een of meer agenda's en/of een adressenboek en/of autopapieren en/of een of meer sleutels en/of , in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [aangever], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), zulks na zich de toegang tot de plaats des misdrijfs te hebben verschaft en/of die/dat weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik te hebben gebracht door gebruik te maken van een of meer valse sleutels;
subsidiair:hij op of omstreeks 9 februari 2011 te Rotterdam, in elk geval in Nederland, een mini-laptop (merk Asus) met toebehoren en/of een of meer doosjes en/of een adressenboek en/of autopapieren en/of een of meer sleutels en/of een etui en/of een of meer sieraden en/of een of meer agenda's heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl hij ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die goederen wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Vrijspraak
Het hof oordeelt als volgt.
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 ten laste gelegde:Tussen zaterdag 9 oktober 2010 17.30 uur en maandag 11 oktober 2010, 07.45 uur is er uit de kluis van de bank GWK Travelex, gevestigd bij het NS Station te Delft geld weggenomen. Een werkneemster heeft de politie gewaarschuwd en aangifte gedaan, nadat zij bij het openen van de kluis op maandagmorgen vaststelde, dat achter in de kluis een gat was gemaakt en de in de kluis aanwezige kasten waren geopend. Er bleek een bedrag van
€ 325.307,52 te zijn weggenomen. De politie heeft tijdens het onderzoek beelden verzameld, welke door middel van beveiligingscamera's zijn gemaakt in de periode van vrijdag 8 oktober 2010, 17.00 uur tot en met maandag 11 oktober 2010, 08.00 uur. Op grond van het onderzoek naar aanleiding van genoemde beelden is de conclusie gerechtvaardigd, dat de drie mannen die zichtbaar zijn op deze beelden betrokken zijn bij de inbraak en de diefstal.
Het verrichte forensisch onderzoek heeft geen sporen opgeleverd, die aan de verdachte kunnen worden gerelateerd. Ook anderszins bevindt zich in het dossier geen rechtstreeks bewijs voor het plegen van het ten laste gelegde door de verdachte.
Gelet op het voorgaande ligt allereerst de vraag voor of de verdachte een van de drie mannen is die zichtbaar is op de beelden.
Die vraag heeft de rechtbank in het uitgebreid gemotiveerde vonnis waarvan beroep uiteindelijk bevestigend beantwoord. De kern van de bewijsconstructie bestond in eerste aanleg uit de herkenning van de verdachte en zijn medeverdachte op de camerabeelden als twee van de drie mannen door familie, goede bekenden en door een verbalisant.
Kort samengevat heeft de rechtbank naast deze herkenningen, het navolgende voor het bewijs gebezigd.
Allereerst de historische verkeersgegevens waarover de rechtbank heeft overwogen dat deze de verplaatsingen van de mannen op de camerabeelden ondersteunen, alsmede het gegeven dat de verdachte en de medeverdachte [medeverdachte] in oktober 2010 30 maal telefonisch contact hadden terwijl na 10 oktober 2010 geen telefonische contacten meer konden worden vastgesteld. En voorts dat eerst na vertoning van voornoemde camerabeelden bij een uitzending van ‘Opsporing Verzocht’ op 23 november 2010, door de medeverdachte, die zich in Turkije bevond (tevergeefs) telefonisch contact werd gezocht met de verdachte. Ook heeft de broer van de medeverdachte de verdachte na deze uitzending getracht te bellen. Ook bij een tweede uitzending van Opsporing Verzocht, die melding maakte van tips naar aanleiding van de kluiskraak, heeft de medeverdachte [medeverdachte] tevergeefs telefonisch contact gezocht met de verdachte.
Bovendien beschikte verdachte in de periode na 10 oktober 2010 kennelijk over aanzienlijke middelen waarmee hij dure aankopen heeft gedaan en is bij zijn aanhouding een bedrag van €6.650,- in contanten aangetroffen, terwijl uit onderzoek is gebleken dat de verdachte in de maanden november en december 2010 geen contante opnames van zijn bankrekening heeft verricht. De uitgaven en het geldbedrag kunnen niet worden verklaard uit legale inkomsten en verdachte heeft hiervoor geen aannemelijke verklaring gegeven, aldus de rechtbank
Over het voorhanden bewijs oordeelt het hof als volgt.
De herkenning van verdachte
Ten aanzien van de zich in het dossier bevindende herkenningen van de verdachte en zijn medeverdachte [medeverdachte] is door zowel de verdediging als de advocaat-generaal naar voren gebracht dat deze onvoldoende betrouwbaar zijn en daarom niet bruikbaar voor het bewijs. Ook de ter terechtzitting in hoger beroep gehoorde deskundige heeft naar voren gebracht dat de beelden niet bruikbaar waren voor gezichtsvergelijking.
Het hof stelt vast dat de gezichten van de mannen voor wat betreft het voorhoofd, de ogen en de neus niet zichtbaar zijn als gevolg van de door de mannen gedragen veiligheidshelm. De beelden zijn schokkerig, loopbewegingen zijn niet vloeiend waar te nemen. De beelden zijn vanaf een behoorlijke afstand gemaakt, details zijn niet zichtbaar. Inzoomen leidt tot vervaging van het beeld en verlies aan detaillering.
Het hof is van oordeel dat de kwaliteit van de camerabeelden dusdanig slecht is, dat dit aan een betrouwbare herkenning - ook indien door familie of een goede bekende gedaan - in de weg staat. Het hof constateert dat hiermee een belangrijk bewijsmiddel tegen de verdachten wegvalt.
Historische verkeersgegevens telefoon
Naar het oordeel van het hof zijn de IMEI-bewegingen van de telefoon van de medeverdachte (gereconstrueerd aan de hand van de verschillende door die telefoon aangestraalde zendmasten) bezien in combinatie met het gegeven dat de verdachte zijn telefoon uit had staan in de periode waarin de ten laste gelegde inbraak heeft plaatsgevonden niet voor eenduidige uitleg vatbaar. Het bereik van de aangestraalde zendmasten beslaat immers een groter gebied dan alleen de ruimte achter de kluis van het GWK-kantoor. De telefoonbewegingen van de medeverdachte zouden ook kunnen worden verklaard doordat hij in de buurt van het station in Delft woont en zich daar dus ook beweegt, zoals door de verdediging naar voren gebracht. Voor het uitzetten van de telefoon van de verdachte zijn velerlei verklaringen denkbaar. Deze omstandigheden kunnen dan ook niet zonder meer bijdragen aan het bewijs dat de verdachte bij de kluiskraak betrokken was.
Voorts is het hof van oordeel dat het enkele gegeven dat door de medeverdachte of diens broer geprobeerd is contact te zoeken met de verdachte na uitzendingen van Opsporing Verzocht, wellicht opvallend is, doch evenmin iets zegt over (de aard van) de eventuele betrokkenheid van de verdachte bij het tenlastegelegde feit. Het hof neemt aan dat – zoals door de verdediging naar voren gebracht - de kluiskraak in Delft in de kringen van de verdachte en zijn medeverdachten een gewild gespreksonderwerp was.
Buitenlandse valuta
Bij de medeverdachte zijn 2 Amerikaanse dollarbiljetten aangetroffen en bij [betrokkene], een vriendin van de zus van de medeverdachte, zijn 2 Zuid-Koreaanse Won-biljetten aangetroffen. [betrokkene] heeft verklaard deze biljetten (evenals overigens een aantal biljetten in andere vreemde valuta) op een gegeven moment van de zus van de medeverdachte te hebben ontvangen. In een telefoongesprek tussen genoemde [betrokkene] en de zus van de medeverdachte wordt gesproken over al dan niet weggeraakte Canadese Dollars naar aanleiding van een opmerking daarover van de medeverdachte jegens zijn zus.
Uit het dossier volgt dat bij de kluiskraak Amerikaanse en Canadese dollars en Zuid-Koreaanse Won zijn weggenomen, maar dat niet kon worden nagegaan of voornoemde biljetten uit de kluis waren gestolen, nu de gestolen bankbiljetten niet gemerkt of op bankbiljetnummer traceerbaar waren. Voorts volgt uit het dossier dat Zuid-Koreaanse Won uitsluitend bij een GWK-kantoor kunnen worden verkocht en ingekocht.
Gelet op dit alles is het weliswaar zeer opvallend dat de medeverdachte, zijn zus en haar vriendin na de kluiskraak over deze buitenlandse valuta beschikten, maar kan het verband met de onderzochte kluiskraak hieruit niet ondubbelzinnig volgen, nu niet kan worden vastgesteld of de aangetroffen biljetten van diefstal afkomstig waren en evenmin kan worden uitgesloten dat de Zuid-Koreaanse Won bij (bijvoorbeeld) een ander GWK-kantoor in Nederland zijn verkregen. Deze omstandigheden kunnen hierdoor evenmin dienen als (keten)bewijs voor betrokkenheid van de verdachte bij de kluiskraak.
Uitgavepatroon van de verdachte
Met betrekking tot zijn uitgavepatroon in de periode na de kluiskraak heeft de verdachte aangevoerd in die tijd over contante inkomsten uit arbeid te hebben beschikt. Hoewel deze verklaring naar het oordeel van het hof niet zonder meer aannemelijk is, zijn de door verdachte gedane uitgaven en bij hem aangetroffen contante gelden niet dusdanig buitensporig dat kan worden aangenomen dat zij slechts van misdrijf afkomstig kunnen zijn en meer in het bijzonder geld betreffen dat bij de kluiskraak is buitgemaakt.
“Ben de bankrover”
Een door verdachte in de periode na de kluiskraak verzonden sms met de tekst “Ben de bankrover” is opmerkelijk, maar onvoldoende specifiek en concreet om aan te nemen dat verdachte daarmee tegenover de ontvanger van deze sms heeft aangegeven de kluiskraak te hebben gepleegd. De door verdachte gegeven uitleg van de tekst van deze sms behoeft dan ook geen verdere bespreking.
Conclusie
Nu de herkenningen naar aanleiding van de camerabeelden niet voor het bewijs worden gebezigd zijn de resterende bewijsmiddelen, ook in onderling verband en samenhang beschouwd naar het oordeel van het hof, onvoldoende om aan te nemen dat de verdachte betrokken was bij de kluiskraak. Het hof acht derhalve niet wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde feit heeft begaan en de verdachte zal om die reden worden vrijgesproken van het onder 1 tenlastegelegde.
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 2 ten laste gelegde:
Nu niet kan worden vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de bovengenoemde kluiskraak, kan eveneens niet worden vastgesteld dat de verdachte (een deel van) de opbrengst van die kluiskraak heeft witgewassen.
Ten aanzien van het in de zaak met parketnummer 09-655348-11 primair en subsidiair ten laste gelegd:
Bij de doorzoeking op 9 februari 2011 is in de woning waar de verdachte op dat moment verbleef een tasje aangetroffen met daarin een aantal spullen die afkomstig waren uit de woning van aangever [aangever]. De verdachte heeft ontkend zich aan het ten laste gelegde schuldig te hebben gemaakt. Hij heeft ter terechtzitting in hoger beroep - evenals in eerste aanleg – verklaard dat hij het in beslaggenomen tasje op 8 februari 2011 ’s avonds laat op straat had aangetroffen in de buurt van de invalidenauto van de hem bekende aangever die een buurtgenoot was van zijn moeder. Hij had gezien dat er een laptop in zat en heeft het tasje daarom mee genomen maar was er niet aan toegekomen verder in het tasje te kijken omdat hij enkele uren later was aangehouden.
De verdachte heeft verklaard dat de getuigenverklaring van [getuige] – dat hij op verzoek van de verdachte op 8 februari goud op zijn eigen naam zou hebben verkocht - onjuist is.
Het hof overweegt dat de verklaring van de verdachte op voorhand niet volstrekt onaannemelijk is en niet door andere stukken in het dossier kan worden weerlegd.
Mede gelet op het voorgaande is het hof van oordeel dat het dossier onvoldoende bewijs bevat dat de verdachte zich schuldig zou hebben gemaakt aan de betreffende diefstal met valse sleutel.
Uit het verhandelde ter terechtzitting in hoger beroep en de zich in het dossier bevindende stukken is evenmin vast komen te staan dat de verdachte, op het moment van het verkrijgen van de goederen, de voor heling vereiste wetenschap had dat die goederen een criminele herkomst hadden.
Conclusie
Alles overwegende is het hof met de advocaat-generaal en de verdediging van oordeel dat daarom niet wettig en overtuigend bewezen is hetgeen aan de verdachte in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 09-655348-11 primair en subsidiair is ten laste gelegd, zodat de verdachte van alle feiten zal worden vrijgesproken.
Beslag
Van de na te melden in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, zoals deze onder de nummers 1, 6, 7a, 7b, 7c, 7 en 8 vermeld zijn op de als bijlage aan dit arrest gehechte lijst van in beslag genomen voorwerpen zal teruggave aan de verdachte worden gelast, nu het belang van strafvordering zich daartegen niet meer verzet.
Vordering tot schadevergoeding GWK Travelex N.V.
In het onderhavige strafproces heeft GWK Travelex N.V. zich als benadeelde partij gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van geleden materiële schade als gevolg van het aan de verdachte in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 ten laste gelegde, tot een bedrag van € 330.480,33.
In hoger beroep is deze vordering aan de orde tot dit in eerste aanleg volledig toegewezen en in hoger beroep gehandhaafde bedrag van € 330.483,33.
Nu de verdachte ter zake van het in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 ten laste gelegde wordt vrijgesproken, dient de benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
Dit brengt mee dat de benadeelde partij dient te worden veroordeeld in de kosten die de verdachte tot aan deze uitspraak in verband met de verdediging tegen die vordering heeft moeten maken, welke kosten het hof vooralsnog begroot op nihil.

BESLISSING

Het hof:
vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
verklaart niet bewezen dat de verdachte het in de zaak met parketnummer 09-758947-10 onder 1 en 2 en in de zaak met parketnummer 09-655348-11 primair en subsidiair ten laste gelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
gelast de teruggave aan de verdachtevan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen onder de nummers 1, 6, 7a, 7b, 7c, 7 en 8 op de aan dit arrest gehechte lijst van de inbeslaggenomen voorwerpen, te weten:
1. Geld Nederlands (totaal 20.00 euro);
6. 1 STK Sleutel (BMW);
7a. 1 STK Groene Kaart;
7b. 1 STK Vrijwaringsbewijs;
7c. 1 STK Keuringsbewijs (RDW);
7. 1 STK Kentekenbewijs (Deel I 39-ND-KP BMW 5 serie);
8. 1 STK Sleutel (autosleutel);

Vordering van de benadeelde partij GWK Travelex N.V.

Verklaart de benadeelde partij GWK Travelex N.V. in de vordering tot schadevergoeding niet-ontvankelijk;
verwijst de benadeelde partij in de door verdachte gemaakte en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot aan de datum van deze uitspraak begroot op nihil;
Dit arrest is gewezen door Th.W.H.E Schmitz, mr. H.J.M. Smid-Verhage en mr. T.B. Trotman, in bijzijn van de griffier mr. E. van Doren.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 22 september 2015.