ECLI:NL:GHDHA:2015:3709
Gerechtshof Den Haag
- Rekestprocedure
- M. Labohm
- A. van Nievelt
- J. Jansen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om onderhoudsbijdrage door gebrek aan inzage in inkomsten
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 23 september 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep betreffende een verzoek om een onderhoudsbijdrage van de vrouw aan de man. De vrouw, die in hoger beroep was gekomen van een beschikking van de rechtbank Den Haag, had verzocht om een door de man te betalen uitkering tot haar levensonderhoud. De rechtbank had eerder bepaald dat de vrouw haar behoefte aan een bijdrage niet had aangetoond en had de uitkering op nihil vastgesteld voor de periode van 28 april 2014 tot 28 oktober 2016, waarna een bedrag van € 270,- per maand zou gelden. De vrouw was niet verschenen ter zitting van het hof, ondanks dat zij daartoe was opgeroepen.
Het hof heeft vastgesteld dat de vrouw onvoldoende inzicht heeft gegeven in haar financiële situatie sinds de echtscheiding in 2012. De vrouw had geen inzage gegeven in haar inkomsten en uitgaven, waardoor het hof niet kon vaststellen of er nog behoefte bestond aan een aanvullende bijdrage van de man. De man had in incidenteel appel verzocht om de bestreden beschikking te vernietigen, omdat hij meende dat er geen onderhoudsverplichting meer bestond door grievend gedrag van de vrouw. Het hof oordeelde dat de lotsverbondenheid tussen partijen, die voortkwam uit hun langdurige huwelijk, niet was verbroken door het gedrag van de vrouw.
Uiteindelijk heeft het hof de bestreden beschikking vernietigd en het verzoek van de vrouw tot vaststelling van een uitkering tot haar levensonderhoud afgewezen. De kosten van het geding in hoger beroep werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg. De uitspraak benadrukt het belang van transparantie in financiële zaken bij het verzoek om alimentatie en de rol van lotsverbondenheid in alimentatiekwesties.