ECLI:NL:GHDHA:2015:4023
Gerechtshof Den Haag
- Rekestprocedure
- Sutorius-van Hees
- Kamminga
- Jansen
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om geslachtsnaamswijziging na raadsonderzoek in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 2 december 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep over een verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van twee minderjarigen. De moeder, verzoekster in hoger beroep, had verzocht om vervangende toestemming voor de wijziging van de geslachtsnaam van haar kinderen, die momenteel de achternaam van hun vader dragen. De vader, verweerder in hoger beroep, was het niet eens met dit verzoek en de Raad voor de Kinderbescherming had in een rapportage geadviseerd om het verzoek af te wijzen. Het hof heeft in zijn beoordeling gekeken naar de belangen van de minderjarigen en de emotionele gevolgen van een naamswijziging. Het hof concludeert dat de minderjarigen onvoldoende in staat zijn om de gevolgen van een dergelijke wijziging te overzien en dat het verzoek van de moeder niet in het belang van de kinderen is. De uitspraak van het hof bevestigt de eerdere beslissing van de rechtbank en wijst het verzoek tot naamswijziging af. De kosten van de procedure worden gecompenseerd, waarbij elke partij zijn eigen kosten draagt.