Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
“Op 18 december 2012 (...)”, dient na “
2012”te worden ingevoegd “(het hof begrijpt: 2013)”.
“Berichten:”wordtde huidige tekst vervangen door: “Aan: [telefoonnummer]
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 23 augustus 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Rotterdam van 22 januari 2015. De verdachte, geboren in Joegoslavië in 1991, was ten tijde van de behandeling in hoger beroep gedetineerd in Detentiecentrum Alphen aan den Rijn. In eerste aanleg was de verdachte vrijgesproken van het impliciet primair en subsidiair ten laste gelegde, maar veroordeeld voor het impliciet meer subsidiair ten laste gelegde tot een gevangenisstraf van 15 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Tevens zijn er bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht en behandelverplichting.
De tenlastelegging betrof een poging tot moord of zware mishandeling van een persoon genaamd [benadeelde partij] op of omstreeks 18 december 2013 te Papendrecht. De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden bevestigd. Het hof heeft de zaak behandeld op basis van het onderzoek in eerste aanleg en het hoger beroep, en heeft geen andere beschouwingen of beslissingen genomen dan die van de eerste rechter, met enkele aanvullingen en verbeteringen in de toegepaste wetsartikelen en bewijsmiddelen.
Het hof heeft het vonnis waarvan beroep bevestigd, met inachtneming van de aanvullingen en verbeteringen die zijn aangebracht. De beslissing is genomen in een openbare terechtzitting, waarbij mr. M.P.J.G. Göbbels niet in staat was het arrest mede te ondertekenen.