Uitspraak
Rolnummer:22-000994-16
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
zij op of omstreeks 24 augustus 2014 te Alphen aan den Rijn opzettelijk mishandelend een persoon (te weten [benadeelde partij 1]), tegen het hoofd heeft geslagen en/of in zijn nek heeft gekrabd, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
zij op of omstreeks 24 augustus 2014 te Alphen aan den Rijn, opzettelijk mishandelend een ambtenaar, te weten [benadeelde partij 2], gedurende en/of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in het gezicht, althans tegen het hoofd, heeft gestompt en/of geslagen, waardoor voornoemde ambtenaar letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden.
zij op
of omstreeks24 augustus 2014 te Alphen aan den Rijn, opzettelijk mishandelend een ambtenaar, te weten [benadeelde partij 2], gedurende en
/ofter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening,
in het gezicht, althanstegen het hoofd, heeft
gestompt en/ofgeslagen, waardoor voornoemde ambtenaar letsel heeft bekomen en
/ofpijn heeft ondervonden.
BESLISSING
geldboetevan
€ 150,- (honderdvijftig euro), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
3 (drie) dagen hechtenis.
benadeelde partij [benadeelde partij 2]ter zake van het onder 2 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 75,- (vijfenzeventig euro) ter zake van immateriële schadeen veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij.
€ 75,- (vijfenzeventig euro) als vergoeding voor immateriële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
1 (één) dag hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.