Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
/of[medeverdachte 2] en
/of[medeverdachte 3] en
/of[medeverdachte 4] en/of een of meer tot nu toe onbekende perso(o)n(en) op
of omstreeks22 juni 2014 te Zoetermeer, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen,met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening
heeft/hebben weggenomen
250.000 euro, in elk gevaleen geldbedrag en
/ofeen I-pad(mini) en
/ofeen fototoestel en
/ofeen horloge en
/of een of meertelefoon
(s
)en
/ofeen
(grote)hoeveelheid melkpoeder
, in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4],
in elk geval aan een ander of anderen dan aan die [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] en/of een of meer tot nu toe onbekend gebleven perso(o)n(en) en/of aan verdachte,welke diefstal werd
voorafgegaan en/ofvergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4], gepleegd met het oogmerk om die diefstal
voor te bereiden en/ofgemakkelijk te maken
en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan (een) andere deelnemer(s) van voormeld misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en
/ofwelke bedreiging met geweld bestond
(en
)uit het
en/of het lichaamvan die [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en
/of
en/of trekkenvan die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] en
/of
slaan en/ofschoppen tegen het lichaam
en/of (achter) hoofdvan die [slachtoffer 1]
en/of [slachtoffer 4]en
/of
eentie-rips van die [slachtoffer 1] en
/of[slachtoffer 2] en
/of[slachtoffer 3] en
/of[slachtoffer 4] en
/of
/of[slachtoffer 4]
met een vuurwapen, althans een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, en/of een melkpoederbus,
of omstreeksde periode van 1 mei 2014 tot en met 22 juni 2014
te Rotterdam en/of Zoetermeer en/of eldersin Nederland
opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft en/ofopzettelijk behulpzaam is geweest door samen met die [medeverdachte 1] een bestelbus
, althans een vervoersmiddel, te huren en/of voornoemde bestelbusop te halen
en/of [medeverdachte 1] en/of een of meer tot nu toe onbekend gebleven perso(o)n(en) in contact te brengen met een of meer (potentiele) uitvoerder(s) en/of uitvoerder(s) te regelen;
[medeverdachte 1] was de baas bij het plegen van de overval, waarbij [verdachte] zelf niet aanwezig was. [verdachte] heeft jongens, bekenden van hem, met [medeverdachte 1] in contact gebracht omdat deze jongens geld van [medeverdachte 1] wilden lenen om te investeren in verdovende middelen. Deze jongens hadden het plan om [medeverdachte 1] te rippen. Dat hadden ze achteraf beter kunnen doen, dan hadden ze nu geen probleem gehad in verband met de overval. De jongens hadden uiteindelijk besloten om [medeverdachte 1] niet te rippen, uit respect omdat [medeverdachte 1] goed bevriend met hem was. [medeverdachte 1] wilde hen geen geld lenen, maar had een beter plan om aan geld te komen. De jongens van de overval hebben [verdachte] herhaaldelijk op zijn reguliere nummer gebeld voor, tijdens en/of na de overval. Bij de overval waren ook [medeverdachte 4], een Joegoslaaf (het hof begrijpt: [medeverdachte 4]), [medeverdachte 3], een Irakees (het hof begrijpt: [medeverdachte 3]) en [medeverdachte 2] of soortgelijke naam, bijnaam “[naam]”, een Hindoestaanse jongen (het hof begrijpt: [medeverdachte 2]) betrokken. [medeverdachte 4] heeft in eerste instantie drie of vier jaar als eis gekregen, maar is vrijgesproken. [medeverdachte 4] en [medeverdachte 3] waren de mannen van de Mercedes en de BMW. Voorts deed [verdachte] meermalen de uitlating: “mijn telefoon, de i-phone, als die eens weg zou zijn of in de fik zou gaan, dan hebben ze niks tegen mij” [43] .
de factoverhoorsituatie, waarbij verdachte ten onrechte niet in de gelegenheid is gesteld zich te bedienen van zijn rechten ex artikel 6, derde lid en onder c, van het EVRM, hetgeen eveneens een onherstelbaar vormverzuim dient op te leveren. Daarbij dient volgens de verdediging tevens te worden betrokken dat de verslaglegging van het traject van stelselmatige informatie inwinning onvolledig is geweest. Dit vormverzuim kan weliswaar naar de mening van de verdediging als hersteld worden aangemerkt, maar de oneigenlijkheid ervan kleurt de overige schendingen. De cumulatie van vormverzuimen zou naar de mening van de verdediging dienen te leiden tot bewijsuitsluiting van het ex artikel 126j WvSv verkregen bewijs.
ex postwetenschap van de overval kan worden afgeleid, doch niet de betrokkenheid bij de overval of het beramen ervan. Zijn uitlatingen waren bovendien ingegeven door hetgeen hij in zijn strafdossier had gelezen en in het kader van ‘stoerdoenerij’ tegen de politie-infiltrant verteld.
Het hof verwerpt ook dit verweer.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
216 (tweehonderdzestien) dagen.
100 (honderd) dagen,
niet ten uitvoerzal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
taakstrafvoor de duur van
240 (tweehonderdveertig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
120 (honderdtwintig) dagen hechtenis.
teruggave aan de verdachtevan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven geldbedragen ad € 450,00, € 80,00 en € 370,00.