Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
of omstreeks25 januari 2018 te Rotterdam ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om opzettelijk een persoon genaamd [benadeelde partij] van het leven te beroven,
althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen,met dat opzet
(meermalen
, althans eenmaal) (telkens) (met kracht)met een mes
, althans met een scherp en/of puntig voorwerpheeft gestoken in de rug van die [benadeelde partij],
althans in het lichaam,terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
poging tot doodslag.
Hiertoe is – kort gezegd - aangevoerd dat [benadeelde partij] zich schuldig heeft gemaakt aan een ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding jegens [zwager] en dat de verdachte als gevolg van een hevige gemoedsbeweging, door die aanranding veroorzaakt, de grenzen van de noodzakelijke verdediging heeft overschreden.
Ter terechtzitting in eerste aanleg heeft hij verklaard dat hij bang was dat [benadeelde partij] [zwager] dood zou steken.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
24 (vierentwintig) maanden.