Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
strafbarepoging tot inbraak heeft schuldig gemaakt.
of omstreeks13 mei 2018 te Naaldwijk, gemeente Westland,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,ter uitvoering van het door verdachte
en/of zijn mededader(s)voorgenomen misdrijf om geld
en/of
goederen, in elk gevalenig goed, dat geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte
en/of zijn mededader(s)toebehoorde, te weten aan [benadeelde partij],
inuit een bestelbus weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en
/ofdat
/dieweg te nemen goed
/goederenonder zijn
/haar/hunbereik te brengen door middel van braak
en/of verbreking, naar die bestelbus is toegegaan en
/of(vervolgens) met een
breekvoorwerp de deur van die bestelbus heeft geopend, en
/ofhet slot heeft geforceerd en
/ofvervolgens die deur heeft geopend, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Dat de verdachte reeds vóór het afgaan van het alarm zich had afgewend van zijn daad en de achterklep van de auto weer heeft dichtgedaan – zoals door de raadsman ter verdediging aangevoerd - is geenszins aannemelijk geworden.
BESLISSING
taakstrafvoor de duur van
120 (honderdtwintig) uren, indien niet naar behoren verricht te vervangen door
60 (zestig) dagen hechtenis.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij]
€ 474,86 (vierhonderdvierenzeventig euro en zesentachtig cent) ter zake van materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
€ 474,86 (vierhonderdvierenzeventig euro en zesentachtig cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
9 (negen) dagen hechtenis, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.
60 (zestig) uren, bij gebreke van het naar behoren verrichten te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.
taakstrafvoor de duur van
60 (zestig) uren, bij gebreke van het naar behoren verrichten te vervangen door
30 (dertig) dagen hechtenis.