In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 16 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in 2001 en thans gedetineerd, was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van 2 maanden voor openlijke geweldpleging tegen een politiebus tijdens de avondklokrellen op 25 januari 2021. De verdachte had een steen naar de politiebus gegooid, wat leidde tot zijn veroordeling. In hoger beroep heeft de advocaat-generaal gevorderd dat het vonnis van de politierechter wordt vernietigd en dat de verdachte wordt veroordeeld tot jeugddetentie van 2 maanden, waarvan 1 maand voorwaardelijk, en een werkstraf van 40 uren. Het hof heeft de vordering van de advocaat-generaal gevolgd en de verdachte veroordeeld tot jeugddetentie voor de duur van 22 dagen, gelijk aan het voorarrest. Het hof heeft daarbij het jeugdstrafrecht toegepast, gezien de leeftijd en omstandigheden van de verdachte, en heeft rekening gehouden met het advies van de reclassering. Het hof heeft vastgesteld dat de verdachte niet eerder in aanraking is geweest met justitie en dat hij spijt heeft betuigd voor zijn daden. De uitspraak benadrukt de ernst van het gepleegde feit, vooral in het kader van de coronamaatregelen en de impact van de rellen op de samenleving.