ECLI:NL:GHDHA:2023:2968

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
4 april 2023
Publicatiedatum
9 april 2025
Zaaknummer
22-004979-19
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Computervredebreuk door politieambtenaar met onbevoegde toegang tot politiesystemen

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 4 april 2023 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een politieambtenaar die beschuldigd werd van computervredebreuk. De verdachte had, terwijl hij als politieman werkte, onbevoegd toegang verkregen tot politiesystemen en deze systemen bevraagd voor privédoeleinden. De verdachte had toegang tot deze systemen via zijn politieaccount, maar gebruikte deze toegang om informatie te verkrijgen over personen en voertuigen die niet gerelateerd waren aan zijn werk. Het hof oordeelde dat de verdachte de grenzen van zijn autorisatie had overschreden en dat zijn acties niet in overeenstemming waren met de wettelijke regelgeving omtrent het gebruik van politiesystemen. De verdediging voerde aan dat de verdachte handelde uit een gevoel van overijverigheid en dat hij niet volledig verantwoordelijk kon worden gehouden voor zijn daden vanwege psychische overmacht. Het hof verwierp dit verweer en oordeelde dat de verdachte zich bewust was van de regels en dat hij deze had geschonden. Uiteindelijk werd de verdachte vrijgesproken van de eerste tenlastelegging, maar het hof achtte de tweede tenlastelegging, computervredebreuk, bewezen. Gezien de omstandigheden, waaronder de persoonlijke situatie van de verdachte en de ouderdom van de zaak, besloot het hof geen straf of maatregel op te leggen.

Uitspraak

Rolnummer: 22-004979-19
Parketnummer: 09-767043-17
Datum uitspraak: 4 april 2023
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de rechtbank Den Haag van 15 oktober 2019 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1986,
adres: [woonadres], [woonplaats].
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van dit hof.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1 en 2 tenlastegelegde veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 150 uren, subsidiair 75 dagen hechtenis, met aftrek van voorarrest en voorts is aan de verdachte opgelegd de ontzetting uit het recht tot het bekleden van enig publiek ambt voor de duur van 3 jaren.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is - na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting in hoger beroep - tenlastegelegd dat:
1.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 t/m 13 juni 2017 te 's-Gravenhage, in ieder geval in Nederland, een geheim waarvan hij, verdachte, (telkens) wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat hij uit hoofde van ambt en/of beroep, te weten als politie ambtenaar en/of uit hoofde van (een) wettelijk voorschrift(en), te weten artikel 3 en/of artikel 7 van de Wet politiegegevens, verplicht was te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, immers heeft verdachte meermalen, (telkens) zonder dat dit noodzakelijk was voor de bij of krachtens de Wet Politiegegevens geformuleerde doeleinden, althans voor privégebruik, in het (geautomatiseerd) bedrijfsprocessensysteem van politie persoonsgegevens en/of kenteken(s) en/of andere informatie behorende bij die perso(o)n(en) en/of kentekens) geraadpleegd en/of bevraagd en/of uit dat systeem geëxporteerd/geprint en/of verstrekt aan een ander die tot kennisneming daarvan onbevoegd is;
2.
hij op één of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2015 t/m 13 juni 2017 te 's-Gravenhage, in ieder geval in Nederland, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk in één of meer (delen van) geautomatiseerde werken, namelijk in één of meer (delen van) servers van de politie, is binnen gedrongen met behulp van één of meer valse sleutels, namelijk door onbevoegd gebruik te maken van een gebruikersnaam en/of wachtwoord en/of door zich met een gebruikersnaam en/of wachtwoord toegang te verschaffen tot (delen van) servers van de politie met een ander doel dan waarvoor hem die gebruikersnaam en/of dat wachtwoord ter beschikking stonden en/of waarvoor hem die toegang was toegestaan en/of (vervolgens) gegevens die waren opgeslagen en/of verwerkt en/of overgedragen door middel van (delen van) die/dat geautomatiseerde werk(en) waarin hij zich wederrechtelijk bevond, voor zichzelf heeft overgenomen en/of opgenomen, namelijk door (telkens) (vertrouwelijke) informatie (omtrent een of meer personen en/of opsporingsonderzoeken) uit een of meer politiesystemen te exporteren en/of te printen en/of (naar zichzelf) te mailen.
Vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het vonnis waarvan beroep zal worden vernietigd en dat de verdachte ter zake van het onder 1 tenlastegelegde zal worden vrijgesproken en ter zake van het onder 2 tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een taakstraf voor de duur van 150 uren subsidiair 75 dagen hechtenis, alsmede de ontzetting van de verdachte uit het recht tot het bekleden van enig publiek ambt voor de duur van 3 jaren.
Het vonnis waarvan beroep
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven omdat het hof zich daarmee niet verenigt.
Vrijspraak
Met de advocaat-generaal en de verdediging is het hof van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is hetgeen aan de verdachte onder 1 is tenlastegelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken.
Bewijsoverweging
De verdachte wordt verweten dat hij computervredebreuk heeft gepleegd door onbevoegd de politiesystemen waartoe hij vanwege zijn functie toegang had, te bevragen.
De verdediging heeft aangevoerd dat de verdachte zich 24 uur per dag, zeven dagen in de week, politieman voelde. Hij heeft de bevragingen in het systeem – die hij niet ontkent te hebben gedaan – dan ook gedaan in het kader van de uitvoering van zijn politietaak.
Het hof overweegt als volgt.
De verdachte heeft tijdens de tenlastegelegde periode de politiesystemen veelvuldig, zowel binnen als buiten diensttijd, bevraagd. Hij maakte daarbij gebruik van zijn politieaccount, door daarop in te loggen met zijn gebruikersnaam en wachtwoord. Dit account had hij vanwege zijn functie als politieman.
Hij heeft bevragingen gedaan op onder meer personen, adressen en voertuigen gelieerd aan [persoon 1], maar ook op zijn eigen broer en vriendin. Deze bevragingen zijn geregistreerd en geëxporteerd (geprint, opgeslagen of verzonden).
De verdachte heeft verklaard dat hij dit deed omdat hij mogelijk zakelijke activiteiten met [persoon 1] wilde gaan ontplooien. Hij had contact met [persoon 1], had afspraken met hem en ontmoette daarbij ook personen die [persoon 1] kende. Over die personen, hun adres of de auto’s waar die personen in reden, bevroeg hij dan de systemen die via zijn politieaccount beschikbaar waren.
Het hof is van oordeel dat de genoemde bevragingen door de verdachte zijn gedaan ten behoeve van privédoeleinden die geen enkele relatie hadden met zijn werk als politieman. Daarbij betrekt het hof dat door de verdachte geen mutaties zijn gemaakt van de genoemde bevragingen, zoals dat wel gebruikelijk is binnen het politiewerk.
Dat de verdachte zich kennelijk elke dag en op elk moment van de dag politieman voelde doet daar niet aan af. Integendeel, juist van een politieambtenaar wordt en mag worden verwacht dat hij of zij niet alleen bij de uitvoering van het politiewerk handelt in overeenstemming met de wettelijke regelgeving, maar zich daarvan ook bewust is buiten diensttijd.
Door het raadplegen van informatie die de verdachte uitsluitend ter beschikking staat voor de uitvoering van de politietaak is het hof van oordeel dat de verdachte de grenzen van de aan hem verleende autorisatie om de politiesystemen te gebruiken, te buiten is gegaan.
De verdachte wist immers dat hij de bevragingen niet deed in het kader van enig politieonderzoek. Bovendien komt bij het starten van of inloggen op het door de verdachte geraadpleegde politiesysteem de melding in beeld dat het systeem alleen mag worden geraadpleegd met gegronde reden en/of noodzaak.
Door de bevragingen desondanks toch te doen is de verdachte een geautomatiseerd werk wederrechtelijk binnengedrongen met gebruikmaking van zijn systeemautorisatie, in casu daardoor aan te merken als een valse sleutel.
Door de verdediging is ook bepleit dat er geen sprake is van een ‘server’ zoals tenlastegelegd. Naar het oordeel van het hof kan een server deel uitmaken van een apparaat of groep van onderling verbonden of samenhangende apparaten, waarvan er één of meer op basis van een programma automatisch computergegevens verwerken. Aldus maakt de server deel uit van een geautomatiseerd werk.
Het hof verwerpt de verweren en komt tot een bewezenverklaring van het onder 2 tenlastegelegde.
Bewezenverklaring
Het hof acht wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
2.
hij
op één of meer tijdstippenin
of omstreeksde periode van 1 januari 2015 t/m 13 juni 2017 te 's-Gravenhage,
in ieder geval in Nederland, (telkens
)opzettelijk en wederrechtelijk in één of meer
(delen van)geautomatiseerde werken, namelijk in één of meer
(delen van)servers van de politie, is binnen gedrongen met behulp van één of meer valse sleutels, namelijk door onbevoegd gebruik te maken van een gebruikersnaam en
/ofwachtwoord en
/ofdoor zich met een gebruikersnaam en
/ofwachtwoord toegang te verschaffen tot
(delen van)deserver
(s
)van de politie met een ander doel dan waarvoor hem die gebruikersnaam en
/ofdat wachtwoord ter beschikking stonden en/of waarvoor hem die toegang was toegestaan en
/of(vervolgens) gegevens die waren opgeslagen en/of verwerkt en/of overgedragen door middel van
(delen van)die
/datgeautomatiseerde werk
(en
)waarin hij zich wederrechtelijk bevond, voor zichzelf heeft overgenomen
en/of opgenomen, namelijk door (telkens) (vertrouwelijke) informatie (omtrent een of meer personen
en/of opsporingsonderzoeken) uit een of meer politiesystemen te exporteren en/of te printen
en/of (naar zichzelf) te mailen.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd, is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is de verdachte daardoor niet geschaad in de verdediging.
Bewijsvoering
Het hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
In die gevallen waarin de wet aanvulling van het arrest vereist met de bewijsmiddelen dan wel, voor zover artikel 359, derde lid, tweede volzin, van het Wetboek van Strafvordering wordt toegepast, met een opgave daarvan, zal zulks plaatsvinden in een aanvulling die als bijlage aan dit arrest zal worden gehecht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het onder 2 bewezenverklaarde levert op:
computervredebreuk, meermalen gepleegd.
Strafbaarheid van de verdachte
Afwezigheid van alles schuld
Door de verdediging is betoogd dat de verdachte dient te worden ontslagen van alle rechtsvervolging wegens afwezigheid van alle schuld. Hoewel de verdachte wellicht overijverig is geweest als politieman, heeft hij verschoonbaar gedwaald: bij het doen van de privé bevragingen was de verdachte er van overtuigd dat hij dit deed en mocht doen als politieman.
Het hof verwerpt het verweer dat er sprake zou zijn van een verontschuldigbare rechtsdwaling en overweegt daartoe het volgende.
De verdachte heeft de politiesystemen geraadpleegd voor privédoeleinden. De regelgeving omtrent het gebruik van de politiesystemen bepaalt dat deze systemen alleen mogen worden bevraagd voor in die regelgeving opgenomen doelen en niet voor andere doelen, ook niet in de hoedanigheid van politieman. Om daarvoor te waarschuwen wordt er bij het starten van en inloggen op deze systemen de waarschuwing getoond dat het gebruik van de politiesystemen zonder dat daartoe vanuit het werk de noodzaak bestaat strafbaar is.
Los van de in beeld verschijnende waarschuwing is elke medewerker bij de politie vanuit zijn functie op de hoogte van deze regels, nu zij allen een geheimhoudingsverklaring en de eed of belofte afleggen, zo ook de verdachte.
De verdachte heeft verklaard dat hij zich 24 uur per dag, zeven dagen in de week politieman voelde (en daar naar handelde) en dat dit hem was ingeprent bij de opleiding. Deze opvatting beoogt juist dat een politieagent extra zorgvuldig handelt, óók buiten werktijd.
Door de verdediging is niet aannemelijk gemaakt dat er bij de verdachte sprake was van verontschuldigbare onbewustheid.
Psychische overmacht
Verder heeft de verdediging een beroep gedaan op psychische overmacht.
Bij de verdachte was telkens sprake van een van buiten komende drang om alles en iedereen in zijn omgeving te controleren, waaraan hij redelijkerwijs geen weerstand kon en hoefde te bieden.
Ter onderbouwing van dat verweer wordt verwezen naar de rapporten van psychiaters Van Marle en Van Beem, en naar hun verklaringen bij de raadsheer-commissaris op 24 januari 2023.
Op grond hiervan dient de verdachte te worden ontslagen van alle rechtsvervolging.
Het hof overweegt het volgende.
Uit de opgemaakte rapportages volgt dat de verdachte een aanpassingsstoornis in gedrag en emoties heeft. Eén van de symptomen daarvan was het zeer frequent, op een dwangmatige en obsessieve manier, ook buiten werktijd opzoeken van informatie in politiesystemen. Dit werd getriggerd door prikkels van buitenaf.
Als de verdachte op een gegeven moment vermoedt dat hij door zijn werkgever in de gaten wordt gehouden neemt hij contact op met de vakbond. De medewerker die hij daar spreekt adviseert hem om enkele weken niet te werken en daarna met vakantie te gaan, zoals reeds was gepland.
Verdachte volgt dit advies op, en uit het dossier blijkt dat in die periode door de verdachte geen enkele bevraging meer wordt gedaan.
Verdachte heeft hierover verklaard dat dit kon omdat hij op dat moment geen prikkels ervoer, en dus ook niet de drang had om de bevragingen in de politiesystemen te doen.
Het hof overweegt dat de verdachte op de hoogte was van het feit dat hij geen bevragingen mocht doen voor doeleinden anders dan ten behoeve van de uitvoering van zijn politiewerk, en van zichzelf wist dat hij dit ook niet deed als hij geen prikkels van buitenaf kreeg.
Hoewel het weliswaar aannemelijk is geworden dat verdachte de bevragingen in de politiesystemen heeft gedaan als gevolg van de drang die hij voelde door prikkels die hij kreeg, kan naar het oordeel van het hof niet worden aangenomen dat de verdachte geheel onmachtig was om zich nu juist aan die prikkels te onttrekken.
Gelet op die omstandigheden had de verdachte zich aldus aan die prikkels kunnen en moeten onttrekken.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.
Oplegging van straf en of maatregel
Het hof heeft acht geslagen op de ernst van het feit en de omstandigheden waaronder dit is begaan en op grond van de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, zoals daarvan is gebleken uit het onderzoek ter terechtzitting.
De verdachte heeft zich op de bewezenverklaarde wijze schuldig gemaakt aan computervredebreuk. Door zijn handelen heeft de verdachte een ernstige inbreuk gemaakt op de vertrouwelijkheid en bescherming van persoonsgegevens en daarmee op de privacy van personen. Daarmee heeft de verdachte schade toegebracht aan het vertrouwen dat de maatschappij mag hebben in de wijze waarop er door de politie met digitale gegevens wordt omgegaan.
Het hof heeft acht geslagen op een de verdachte betreffend uittreksel Justitiële Documentatie d.d. 1 maart 2023, waaruit blijkt dat de verdachte nooit eerder onherroepelijk is veroordeeld.
Voorts houdt het hof rekening met de rapportages die over de verdachte zijn opgemaakt (psychiatrisch rapport, opgesteld door prof. dr. Van Marle, d.d. 21 april 2018; psychologisch onderzoek, opgesteld door drs. ’t Hoen, d.d. 14 september 2018; psychiatrische expertise, opgesteld door Van Beem, psychiater, d.d. 18 en 25 oktober 2018; aanvullend onderzoek, opgesteld door drs. ’t Hoen, d.d. 19 augustus 2019), de verklaringen van de deskundigen Van Marle, ’t Hoen en Van Beem bij de raadsheer-commissaris op 24 januari 2023 en de verklaring van de verdachte ter zitting, waaruit blijkt dat de verdachte kampt met een aanpassingsstoornis en PTSS. De verdachte is volledig afgekeurd en hij heeft strafontslag gekregen vanwege het bewezenverklaarde. Hij ondervindt nog altijd mentale klachten door een eerder werkincident, door de wijze waarop, in zijn beleving, de politieorganisatie daarmee is omgegaan, en door het huidige feit.
Ook houdt het hof rekening met de ouderdom van het feit. Er is bijna zes jaar verstreken sinds de eerste vervolgingshandelingen.
Gelet op al deze omstandigheden acht het hof het raadzaam te bepalen dat geen straf of maatregel zal worden opgelegd.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart niet bewezen dat de verdachte het onder 1 tenlastegelegde heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart zoals hiervoor overwogen bewezen dat de verdachte het onder 2 tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven is bewezenverklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij.
Verklaart het onder 2 bewezenverklaarde strafbaar, kwalificeert dit als hiervoor vermeld en verklaart de verdachte strafbaar.
Bepaalt dat ter zake van het onder 2 bewezenverklaarde geen straf of maatregel wordt opgelegd.
Dit arrest is gewezen door mr. H.C. Wiersinga,
mr. E.C. van Veen en mr. H. Steenhuis, in bijzijn van de griffier mr. A.M. Grasman.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 4 april 2023.