ECLI:NL:GHDHA:2023:649
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- A.N. Labohm
- A. Zonneveld
- A.S. Mertens - de Jong
- Rechtspraak.nl
Echtscheidingsgeschil met betrekking tot partneralimentatie en wijziging van omstandigheden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 5 april 2023 uitspraak gedaan in een hoger beroep betreffende een echtscheidingsgeschil tussen een man en een vrouw over de partneralimentatie. De man, zelfstandig ondernemer, had in eerste aanleg verzocht om wijziging van de alimentatie die hij aan de vrouw diende te betalen, omdat zijn inkomen door de coronacrisis aanzienlijk was gedaald. De rechtbank had eerder bepaald dat de man € 8.333,33 bruto per maand aan de vrouw moest betalen, maar de man stelde dat hij door gewijzigde omstandigheden niet meer in staat was dit bedrag te voldoen.
Het hof heeft vastgesteld dat de man en de vrouw in 2019 een echtscheidingsconvenant hebben gesloten, waarin de alimentatie was vastgelegd. De man heeft in hoger beroep aangevoerd dat hij niet bewust was afgeweken van de wettelijke maatstaven voor de alimentatie, zoals de rechtbank had geoordeeld. Het hof heeft de argumenten van beide partijen zorgvuldig gewogen en geconcludeerd dat er geen sprake was van een bewuste afwijking van de wettelijke maatstaven. Het hof heeft ook de daling van het inkomen van de man als gevolg van de coronamaatregelen erkend als een relevante wijziging van omstandigheden.
Uiteindelijk heeft het hof de bestreden beschikking van de rechtbank vernietigd en bepaald dat de man met ingang van de uitspraak € 6.476,- bruto per maand aan de vrouw moet betalen. De alimentatie voor de periode van 1 januari 2021 tot de datum van de uitspraak is vastgesteld op hetgeen reeds is betaald. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt.