ECLI:NL:GHDHA:2025:1127
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- A.E. Sutorius-Van Hees
- M.W. Koek
- E.C. Punselie
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake kinderalimentatie en zorgregeling na ontbinding geregistreerd partnerschap
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 4 juni 2025 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kinderalimentatie en zorgregeling na de ontbinding van een geregistreerd partnerschap. De moeder, verzoekster in het principaal hoger beroep, en de vader, verweerder in het principaal hoger beroep, hebben ter zitting bij de rechtbank overeenstemming bereikt over de financiële gegevens voor de berekening van de kinderalimentatie. De vrouw stelt echter dat deze overeenkomst is gesloten met grove miskenning van de wettelijke maatstaven, omdat de man inmiddels meer is gaan verdienen. De rechtbank heeft de kinderalimentatie berekend op basis van de overeengekomen financiële gegevens, maar het hof oordeelt dat er geen sprake is van grove miskenning. De moeder heeft op 31 januari 2025 hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank Rotterdam van 12 december 2024, waarin de zorgregeling en de alimentatie zijn vastgesteld. De vader heeft op 18 maart 2025 een verweerschrift ingediend, waarin hij tevens incidenteel appel heeft ingesteld. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak in overweging genomen en is van oordeel dat de huidige zorgregeling in het belang van de minderjarigen is. De moeder heeft niet aangetoond dat de zorgregeling onrustig is voor de kinderen. Het hof bekrachtigt de bestreden beschikking en wijst het verzoek van de moeder tot wijziging van de zorgregeling af. De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.