Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 20 februari 2024, waarmee CS in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 22 november 2023;
- het anticipatie-exploot van 1 maart 2024 waarmee CS op verzoek van Questa is opgeroepen te verschijnen op de zitting van het hof van 12 maart 2024;
- de akte uitlaten van Questa van 7 mei 2024, waarin Questa heeft aangegeven geen incidenteel appel te zullen instellen;
- de memorie van grieven van CS, tevens houdende verandering/vermeerdering van eis met bijlagen;
- de memorie van antwoord van Questa, met bijlagen;
- de akte van CS, met bijlagen;
- de akte van Questa.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Inleiding
.
7.Beslissing
- bekrachtigt het vonnis van de rechtbank Den Haag van 22 november 2023;
- veroordeelt CS in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van Questa begroot op € 22.627,50, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als CS deze niet binnen veertien dagen na heden heeft betaald;
- bepaalt dat als CS niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, CS de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als CS deze niet binnen veertien dagen na betekening heeft betaald;
- verklaart dit arrest ten aanzien van de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af wat in hoger beroep meer of anders is gevorderd.