Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
of omstreeks27 september 2022 te Rotterdam
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijkbinnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht,
waaronderzoals bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet, ongeveer 1346,9 kilogram cocaïne
, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne,zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I.
barriersealop de container geplaatst. In de container werden meerdere grote zwarte tassen aangetroffen, gevuld met blokken cocaïne, met een totaalgewicht van ruim 1300 kilo. Uit onderzoek bleek dat die container diezelfde dag om 09.31 uur was geladen op het chassis van de vrachtwagen met kenteken [kenteken] en om 09.40 uur de terminal van APM had verlaten. De cargocard die daarvoor gebruikt werd stond op naam van de verdachte.
- Dat de verdachte pas 10 minuten voordat hij de lading afleverde de locatie doorkreeg waar hij moest afleveren;
- Dat er gebruik gemaakt is van de zogenaamde switch methode waarbij een risicovolle container is verwisseld met een andere container die waarschijnlijk niet gecontroleerd zou worden;
- Dat er een niet kloppende
- Dat de verdachte niet over ladingspapieren beschikte;
- Dat het een kostbare partij cocaïne betreft, die niet zomaar aan iemand wordt meegegeven;
- De gesprekken tussen de verdachte en een zekere ‘[naam 1]’ en een ‘[naam 2]’;
- Het ontbreken van een duidelijke verklaring van de verdachte.
BESLISSING
hechtenisvoor de duur van
180 (honderdtachtig) dagen.
73 (drieënzeventig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.