Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
[geïntimeerde 3] ,
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 26 mei 2023, waarmee Holding in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 17 mei 2023;
- de hersteldagvaarding van 24 juli 2023 van Holding;
- de memorie van grieven van Holding, met bijlagen;
- de memorie van antwoord van [geïntimeerden] , tevens memorie van grieven in het incidenteel appel, tevens akte wijziging van eis;
- de memorie van antwoord van Holding in incidenteel appel.
3.Feitelijke achtergrond
(…)
(…)
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vorderingen in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Inleiding
7.Beslissing
- bekrachtigt het vonnis in conventie van de rechtbank Den Haag van 17 mei 2023;
- vernietigt het vonnis in reconventie van de rechtbank Den Haag van 17 mei 2023 onder 5.7, en in zoverre opnieuw rechtdoende;
- veroordeelt Holding om aan [geïntimeerden] te betalen:
- bekrachtigt het vonnis in reconventie van de rechtbank Den Haag van 17 mei 2023 onder 5.4, 5.5 en 5.6;
- veroordeelt Holding in de kosten van de procedure in principaal hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerden] begroot op € 9.102,- en in de kosten van incidenteel hoger beroep, aan de zijde van [geïntimeerden] begroot op € 3.572,-;
- bepaalt dat als Holding niet binnen veertien dagen na datum van dit arrest aan de uitspraak heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, Holding de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-;
- verklaart dit arrest uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst het meer of anders gevorderde af.