ECLI:NL:GHLEE:2000:AA8937
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Pruiksma
- A. Drion
- M. Woelders
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag onroerende-zaakbelastingen door X B.V. betreffende panden a-straat 21 en a-straat 7 te L
Op 1 december 2000 deed het Gerechtshof te Leeuwarden uitspraak in een belastingzaak waarbij X B.V. in beroep ging tegen een aanslag in de onroerende-zaakbelastingen (ozb) voor het jaar 1993. De aanslagen waren opgelegd door het hoofd van de afdeling belastingen van de gemeente Groningen en betroffen twee panden, a-straat 21 en a-straat 7. De totale aanslag bedroeg f 150.209,10, gebaseerd op de Verordening onroerend-goedbelastingen 1993. Na een bezwaarschrift van X B.V. werden de heffingsgrondslagen verlaagd, maar het bedrijf ging in beroep tegen deze beslissing.
De procesgang omvatte meerdere zittingen, waarbij de gemachtigde van X B.V. en vertegenwoordigers van de gemeente aanwezig waren. De kern van het geschil was de objectafbakening en de waarde in het economisch verkeer van het pand a-straat 21. X B.V. stelde dat de gebouwen aan de a-straat 21 en a-straat 7 samen moesten worden beschouwd, omdat ze door een ondergrondse tunnel met elkaar verbonden zijn. Het hof oordeelde echter dat de objectafbakening door het hoofd correct was toegepast en dat de waarde van het pand a-straat 21 op f 27.480.000,- niet te hoog was vastgesteld.
Het hof verwierp de argumenten van X B.V. en concludeerde dat de door het hoofd vastgestelde heffingsgrondslag voldoende aannemelijk was gemaakt. De uitspraak van het hoofd werd bevestigd, en het hof oordeelde dat er geen termen aanwezig waren voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing werd genomen door de vice-president en twee raadsheren, en de griffier zorgde voor de verzending van het afschrift aan beide partijen.