ECLI:NL:GHLEE:2001:AA9837
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Pruiksma
- Drion
- Fransen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen aanslag vennootschapsbelasting 1991 en termijnoverschrijding
Op 2 februari 2001 deed het Gerechtshof te Leeuwarden uitspraak in een belastingzaak betreffende de vennootschapsbelasting voor het jaar 1991. De belanghebbende, X b.v. te Z, had bezwaar aangetekend tegen een aanslag die door de inspecteur was opgelegd. De inspecteur had het belastbare bedrag na bezwaar verlaagd, maar de belanghebbende ging in beroep tegen deze beslissing. De zaak werd behandeld op een zitting op 2 oktober 2000, waar zowel de gemachtigde van de belanghebbende als de inspecteur aanwezig waren. Tijdens deze zitting werden pleitnota's overgelegd en werd een verzoek ingediend om de mondelinge uitspraak te vervangen door een schriftelijke uitspraak.
De kern van het geschil was of er sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding voor het indienen van het beroepschrift. De belanghebbende had het beroepschrift te laat ingediend, en de vraag was of de omstandigheden dit konden rechtvaardigen. Het hof oordeelde dat de termijn voor indiening van het beroepschrift niet was nageleefd en dat er geen verschoonbare termijnoverschrijding kon worden aangenomen. De communicatie tussen de belanghebbende en zijn fiscaal adviseur was gebrekkig, maar dit rechtvaardigde niet de termijnoverschrijding.
Het hof verklaarde de belanghebbende niet-ontvankelijk in haar beroep, wat betekent dat het beroep niet in behandeling werd genomen. De uitspraak werd op 7 februari 2001 aan beide partijen verzonden. De proceskosten werden niet toegewezen, omdat het hof geen termen aanwezig achtte voor een veroordeling in de proceskosten. Deze uitspraak benadrukt het belang van tijdige indiening van beroepschriften en de verantwoordelijkheden van de gemachtigde in belastingzaken.