ECLI:NL:GHLEE:2001:AB0152
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- prof. mr. Aardema
- mrs. Drion
- mrs. Fransen
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing verzoek om schadevergoeding in bezwaarfase baatbelasting
In deze zaak gaat het om een beroep van belanghebbende tegen de afwijzing van zijn verzoek om schadevergoeding voor de kosten die hij heeft gemaakt in de bezwaarschriftenprocedure tegen een aanslag in de baatbelasting. De aanslag, opgelegd op 30 september 1996, bedroeg aanvankelijk ƒ 700.000,-, maar werd na bezwaar verlaagd tot ƒ 419.000,-. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van zijn verzoek om schadevergoeding door het college van Burgemeester en Wethouders (B en W) van de gemeente Harlingen. Het hof heeft eerder de aanslag en de uitspraak van B en W vernietigd, maar de vraag of belanghebbende recht heeft op schadevergoeding voor de gemaakte kosten in de bezwaarfase is nu aan de orde.
Het hof overweegt dat de afwijzing van het verzoek om schadevergoeding door B en W niet kan worden beoordeeld door de administratieve rechter in belastingzaken, omdat het gaat om een zuiver schadebesluit. Belanghebbende heeft zijn verzoek tot schadevergoeding gebaseerd op de stelling dat de aanslag onzorgvuldig tot stand is gekomen en dat B en W in strijd met de beginselen van behoorlijk bestuur hebben gehandeld. Het hof concludeert dat het beroep ongegrond is, omdat bezwaar en beroep tegen het schadebesluit niet openstaan bij de administratieve rechter in belastingzaken.
De uitspraak van het hof bevestigt dat belanghebbende niet-ontvankelijk is verklaard in zijn bezwaar en dat het beroep ongegrond is. Het hof ziet geen aanleiding voor een proceskostenvergoeding. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer van het Gerechtshof te Leeuwarden, waarbij de griffier en de vice-president de uitspraak hebben ondertekend. De uitspraak is gedaan op 16 februari 2001 en is openbaar gemaakt.