ECLI:NL:GHLEE:2001:AB0976

Gerechtshof Leeuwarden

Datum uitspraak
6 april 2001
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
382/00
Instantie
Gerechtshof Leeuwarden
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • Prof. mr. Aardema
  • mr. Drion
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Kostenveroordeling gemeente Emmen in belastingzaak X BV

Op 6 april 2001 deed het Gerechtshof te Leeuwarden uitspraak in een belastingzaak waarbij X BV in beroep was gekomen tegen een beschikking van het hoofd van de afdeling belastingen van de gemeente Emmen. De verzoekster had eerder, op 29 november 2000, haar beroep ingetrokken omdat het hoofd grotendeels aan haar bezwaren tegemoet was gekomen. In datzelfde schrijven verzocht zij de gemeente Emmen om vergoeding van de kosten die zij had gemaakt in verband met de procedure bij het hof. Het hoofd van de afdeling belastingen had op dit verzoek gereageerd in een schrijven van 19 december 2000.

Het hof behandelde het verzoek van X BV tot kostenveroordeling van de gemeente Emmen, in het kader van de Wet waardering onroerende zaken. Het hof oordeelde dat de gemeente Emmen op grond van artikel 5aa van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken verplicht was om een tegemoetkoming te bieden in de gemaakte kosten van de verzoekster. De kosten werden vastgesteld op f. 1.420,--, zoals bepaald in het Besluit proceskosten fiscale procedures.

De uitspraak werd gedaan door prof. mr. Aardema, vice-president en lid van de eerste enkelvoudige belastingkamer, in aanwezigheid van de griffier Lorist. De uitspraak werd uitgesproken ter openbare terechtzitting op 6 april 2001 door mr. Drion, raadsheer.

Uitspraak

BELASTINGKAMER GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN UITSPRAAK
Nr. 382/00 6 april 2001
Uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden, eerste enkelvoudige belastingkamer, op het verzoek van X BV te Z tot kostenveroordeling van de gemeente Emmen in de door haar in verband met de behandeling van het beroep bij het gerechtshof inzake de aan haar opgelegde beschikking als bedoeld in artikel 22 van de Wet waardering onroerende zaken gemaakte kosten.
Verzoekster is in beroep gekomen tegen de bovenvermelde aan haar door het hoofd van de afdeling belastingen van de gemeente Emmen (hierna: het hoofd) opgelegde beschikking.
Bij schrijven van 29 november 2000 heeft verzoekster dat beroep ingetrokken, aangezien het hoofd grotendeels aan haar bezwaren tegemoet is gekomen.
Verzoekster heeft bij datzelfde schrijven verzocht de gemeente Emmen
te veroordelen in de door haar terzake van deze procedure gemaakte kosten in verband met de behandeling van het beroep bij het hof.
Het hoofd heeft -daartoe in de gelegenheid gesteld- op dat verzoek gereageerd bij schrijven van 19 december 2000.
Op grond van het bepaalde in artikel 5aa van de Wet administratieve rechtspraak belastingzaken vindt het hof grond met betrekking tot de onderwerpelijke procedure de gemeente Emmen te veroordelen tot een tegemoetkoming in de door verzoekster terzake van die procedure gemaakte kosten in verband met de behandeling van het beroep bij het hof, welke tegemoetkoming het hof op grond van het bepaalde in het Besluit proceskosten fiscale procedures bepaalt op f. 1.420,--.
Het hof, uitspraak doende op het verzoek, veroordeelt de gemeente Emmen tot een tegemoetkoming in de door verzoekster in verband met het onderwerpelijke beroep bij het gerechtshof gemaakte kosten, te bepalen op f. 1.420,--.
Gedaan op 6 april 2001 door prof. mr Aardema, vice-president, lid van de eerste enkelvoudige belastingkamer, in tegenwoordigheid van de
griffier Lorist en ondertekend door voornoemde vice-president en door voornoemde griffier.
Uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 april 2001 te Leeuwarden door mr Drion, raadsheer.
Op 11 april 2001 afschrift aangetekend verzonden aan beide partijen.
De griffier van het gerechtshof te Leeuwarden.