ECLI:NL:GHLEE:2002:AE2157
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- P. Pruiksma
- L. Lorist
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring in belastingzaak
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 26 april 2002 uitspraak gedaan op het verzet van belanghebbende X tegen de beschikking van de voorzitter van de belastingkamer van 18 januari 2002. De voorzitter had de belanghebbende niet-ontvankelijk verklaard in zijn beroep tegen de uitspraak van de inspecteur van het Centraal Bureau Motorrijtuigenbelasting, die een naheffingsaanslag had opgelegd voor de motorrijtuigenbelasting over de periode van 10 juni 2000 tot en met 9 juni 2001. De uitspraak van de inspecteur was gedateerd op 12 november 2001, en het beroepschrift was pas op 27 december 2001 ter post bezorgd, wat buiten de wettelijke termijn van zes weken viel. Het hof oordeelde dat de belanghebbende op de hoogte was gesteld van de mogelijkheid om rechtsmiddelen aan te wenden en dat hij derhalve zelf verantwoordelijk was voor de te late indiening van zijn beroepschrift. Het hof concludeerde dat er geen sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding en verklaarde het verzet ongegrond. De uitspraak werd op 1 mei 2002 aangetekend verzonden aan beide partijen. De zaak benadrukt het belang van tijdige indiening van beroepschriften en de verantwoordelijkheden van belanghebbenden in belastingzaken.